Frans

Uitgebreide vertaling voor gardien (Frans) in het Engels

gardien:

gardien [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le gardien (protecteur; gardienne; protectrice)
    the marker
    • marker [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le gardien (veilleur de nuit; protecteur)
    the guard; the watchman
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. le gardien (gardien d'animaux; soigneur; garde-malade)
    the caretaker; the animal foster; the attendant; the facilitator; the nurse; the orderly
  4. le gardien (surveillant; garde; portier; )
    the guard; the attendant; the usher; the warder; the watchman; the sentry; the bodyguard
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • attendant [the ~] zelfstandig naamwoord
    • usher [the ~] zelfstandig naamwoord
    • warder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sentry [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bodyguard [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. le gardien
    the attendant; the aide
    • attendant [the ~] zelfstandig naamwoord
    • aide [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. le gardien (huissier; portier)
    the gate-keeper; the guardsman; the keeper; the watchman
  7. le gardien (protecteur)
    the protector
  8. le gardien (gardien de prison; garde; concierge; )
    the warder; the watchman; the sentry; the guard
    • warder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • watchman [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sentry [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
  9. le gardien (conservateur; dépositaire)
    the conservator
  10. le gardien (gardien de prison; geôlier; concierge de prison)
    the prison guard; the warden; the jailer
  11. le gardien (guetteur; surveillant; veilleur)
    the guard
    • guard [the ~] zelfstandig naamwoord
  12. le gardien (concierge)
    the usher; the door-keeper
  13. le gardien (concierge)
    the school porter
  14. le gardien (concierge)
    the caretaker
  15. le gardien (nid de pie; veille; guetteur; )
    the crow's nest
  16. le gardien (propriétaire; concierge; logeur; propriétaire foncier; patron d'une pension)
    the lodging-house keeper; the landlord; the landlady

Vertaal Matrix voor gardien:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aide gardien infirmier
animal foster garde-malade; gardien; gardien d'animaux; soigneur
attendant concierge; garde; garde-malade; gardien; gardien d'animaux; huissier; portier; soigneur; surveillant; veilleur concierge; gardien d'immeuble; infirmier; portier; portière; protectrice; soigneuse; surveillant
bodyguard concierge; garde; gardien; huissier; portier; surveillant; veilleur garde du corps
caretaker concierge; garde-malade; gardien; gardien d'animaux; soigneur concierge; gardien d'immeuble; portier; protectrice; soigneuse
conservator conservateur; dépositaire; gardien
crow's nest garde; garde de nuit; gardien; guet; guetteur; nid de pie; observatoire; patrouille; poste d'observation; poste de garde; poste de surveillance; ronde; veille créneau d'observation; mirador; observatoire; poste d'observation; poste de veille
door-keeper concierge; gardien
facilitator garde-malade; gardien; gardien d'animaux; soigneur
gate-keeper gardien; huissier; portier
guard concierge; garde; gardien; gardien d'immeuble; gardien de prison; gardienne; guet; guetteur; huissier; patrouille; portier; portière; protecteur; protectrice; sentinelle; surveillant; surveillante; veilleur; veilleur de nuit accompagnement; assistance; chasse-pierres; concierge; escorte; faire la garde; garde; gardien d'immeuble; portier; portière; sentinelle; supervision; surveillance; surveillant; veilleur; être de garde
guardsman gardien; huissier; portier
jailer concierge de prison; gardien; gardien de prison; geôlier
keeper gardien; huissier; portier
landlady concierge; gardien; logeur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier aubergiste; cafetier; châtelain; débitant de boissons; hôtesse; logeuse; loueur; marchand de vins; propriétaire
landlord concierge; gardien; logeur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier aubergiste; bailleur; cafetier; châtelain; débitant de boissons; intendant d'un château; loueur; marchand de vins; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier; propriétaire terrien; seigneur
lodging-house keeper concierge; gardien; logeur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier aubergiste; propriétaire
marker gardien; gardienne; protecteur; protectrice marqueur; stylo-feutre
nurse garde-malade; gardien; gardien d'animaux; soigneur baby-sitter; garde; garde-malade; infirmier; infirmière; nourrice
orderly garde-malade; gardien; gardien d'animaux; soigneur infirmier; planton
prison guard concierge de prison; gardien; gardien de prison; geôlier
protector gardien; protecteur bienfaiteur; mécène; patron; patronne; protecteur; protectrice
school porter concierge; gardien
sentry concierge; garde; gardien; gardien d'immeuble; gardien de prison; gardienne; guet; huissier; patrouille; portier; portière; protecteur; protectrice; sentinelle; surveillant; surveillante; veilleur concierge; gardien d'immeuble; portier; portière; poste de garde
usher concierge; garde; gardien; huissier; portier; surveillant; veilleur
warden concierge de prison; gardien; gardien de prison; geôlier
warder concierge; garde; gardien; gardien d'immeuble; gardien de prison; gardienne; guet; huissier; patrouille; portier; portière; protecteur; protectrice; sentinelle; surveillant; surveillante; veilleur concierge; gardien d'immeuble; portier; portière
watchman concierge; garde; gardien; gardien d'immeuble; gardien de prison; gardienne; guet; huissier; patrouille; portier; portière; protecteur; protectrice; sentinelle; surveillant; surveillante; veilleur; veilleur de nuit concierge; garde; gardien d'immeuble; portier; portière; sentinelle; surveillant; veilleur
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guard abriter; assurer la surveillance; cacher; conserver; dissimuler; défendre; garantir; garder; guarder; maintenir; mettre en sûreté; mettre à l'abri de; protéger; préserver; receler; recéler; sauvegarder; se garder de; se méfier de; surveiller; veiller; veiller sur; veiller sur quelqu'un; veiller sur quelque chose; équiper d'un dispositif d'alarme
nurse allaiter; avoir soin de; caresser; donner des soins à; donner le sein à un bébé; donner un médicament; faire avaler; faire prendre; nourrir; prendre soin de; soigner
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attendant concomitant; qui accompagne
orderly classé; en ordre; ordonné; rangé

Synoniemen voor "gardien":


Wiktionary: gardien

gardien gardien
noun
  1. person who keeps something
  2. guard or watcher
  3. player in sports in general
  4. player that protects a goal
  5. A person entrusted with the custody or care
  6. archaic: someone in charge of another
  7. One who takes care of a person.
  8. One who takes care of a place or thing.
adjective
  1. temporary, on a short term basis

Cross Translation:
FromToVia
gardien overseer; warder; guard Aufseher — jemand der Personen (meist: unter Zwang gehaltene Personen) beaufsichtigen
gardien goalkeeper Torwart — defensivster Spieler einer Sportmannschaft, der gegnerische Tore verhindern soll und hierfür oft auch mit Sonderberechtigungen ausgestattet ist
gardien goalkeeper doelman — speler van een sportteam die door zijn doel te verdedigen moet voorkomen dat de tegenstander scoort

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van gardien