Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. faire la pause:


Frans

Uitgebreide vertaling voor faire la pause (Frans) in het Engels

faire la pause:

faire la pause werkwoord

  1. faire la pause (se reposer)
    to pause; to take a break; to have a break
    • pause werkwoord (pauses, paused, pausing)
    • take a break werkwoord (takes a break, took a break, taking a break)
    • have a break werkwoord (has a break, had a break, having a break)

Vertaal Matrix voor faire la pause:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pause abri; distraction; détente; entracte; heure du déjeuner; intermittence; intervalle; mi-temps; pause; pause de midi; pause du midi; pause-déjeuner; refuge; relâchement; repos; récréation; temps d'arrêt; temps mort; trêve
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
have a break faire la pause; se reposer
pause faire la pause; se reposer interrompre; suspendre
take a break faire la pause; se reposer

Verwante vertalingen van faire la pause