Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. destructeur:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor destructeur (Frans) in het Engels

destructeur:

destructeur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le destructeur (dévasteur)
    the destroyer

destructeur bijvoeglijk naamwoord

  1. destructeur (destructif; foudroyant; dévastateur; ravageur)
    destructive; devastating; ravaged

Vertaal Matrix voor destructeur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
destroyer destructeur; dévasteur
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
destructive destructeur; destructif; dévastateur; foudroyant; ravageur
devastating destructeur; destructif; dévastateur; foudroyant; ravageur
ravaged destructeur; destructif; dévastateur; foudroyant; ravageur

Synoniemen voor "destructeur":


Wiktionary: destructeur

destructeur
noun
  1. Celui, celle qui détruire.
adjective
  1. Qui détruit.
destructeur
noun
  1. cleaning-up commands in object oriented programming
  2. that who/which destroys

Computer vertaling door derden: