Frans

Uitgebreide vertaling voor costume (Frans) in het Engels

costume:

costume [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le costume (habits; vêtements; tenue; )
    the clothes; the clothing; the outfit; the garments; the costume; the gear; the attire; the togs; the garb
    • clothes [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clothing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outfit [the ~] zelfstandig naamwoord
    • garments [the ~] zelfstandig naamwoord
    • costume [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gear [the ~] zelfstandig naamwoord
    • attire [the ~] zelfstandig naamwoord
    • togs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • garb [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le costume (costume sur mesure; tenue; costume trois-pièces; ensemble; complet)
    the suit; the costume; the tailor-made suit
  3. le costume (vêtements; tenue; toilette; )
    the clothes; the garments; the dress; the outfit; the attire; the clothing; the garb; the livery
    • clothes [the ~] zelfstandig naamwoord
    • garments [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dress [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outfit [the ~] zelfstandig naamwoord
    • attire [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clothing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • garb [the ~] zelfstandig naamwoord
    • livery [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. le costume (ensemble)
    the gentlemen's suit
  5. le costume
    the suit; the two-piece suit
  6. le costume (uniforme; tenue militaire; costume trois-pièces; ensemble; tenue)
    the uniform; the outfit; the costume; the garments; the dress; the clothing; the fancy-dress; the clothes
    • uniform [the ~] zelfstandig naamwoord
    • outfit [the ~] zelfstandig naamwoord
    • costume [the ~] zelfstandig naamwoord
    • garments [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dress [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clothing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fancy-dress [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clothes [the ~] zelfstandig naamwoord
  7. le costume (tenue; vêtements; habit)
    the attire; the costume; the dress; the wear
    • attire [the ~] zelfstandig naamwoord
    • costume [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dress [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wear [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor costume:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attire costume; habillement; habit; habits; tenue; toilette; vêtements; équipement aménagement; armement; décoration; embellissement; livrée; matériel; mise; ornement; ornementation; outillage; parure; tenue; toilette; équipement
clothes costume; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements; équipement effets; habillement; habits; mise; petits vêtements; tenue; toilette; vêtements
clothing costume; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements; équipement habillement; vêtement
costume complet; costume; costume sur mesure; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements attente; grossesse; tailleur
dress costume; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements; équipement attente; grossesse; habillement; livrée; robe
fancy-dress costume; costume trois-pièces; ensemble; tenue; tenue militaire; uniforme
garb costume; habillement; habit; habits; tenue; toilette; vêtements; équipement mise; robe; tenue; toilette
garments costume; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements; équipement robe
gear costume; habillement; habit; habits; tenue; toilette; vêtements aménagement; armement; changement de vitesse; collier; harnais; matériel; outillage; outils; roue dentée; vitesse; équipement
gentlemen's suit costume; ensemble
livery costume; habillement; habit; habits; tenue; toilette; vêtements; équipement livrée; écurie
outfit costume; costume trois-pièces; ensemble; habillement; habit; habits; tenue; tenue militaire; toilette; uniforme; vêtements; équipement aménagement; armement; livrée; matériel; outillage; pièce d'équipement; pièces d'équipement; équipement
suit complet; costume; costume sur mesure; costume trois-pièces; ensemble; tenue
tailor-made suit complet; costume; costume sur mesure; costume trois-pièces; ensemble; tenue
togs costume; habillement; habit; habits; tenue; toilette; vêtements costard
two-piece suit costume
uniform costume; costume trois-pièces; ensemble; tenue; tenue militaire; uniforme
wear costume; habit; tenue; vêtements attente; grossesse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dress garnir; garnir des plats; habiller; mettre; parer; s'habiller; se couvrir; se vêtir
suit arriver à propos; bien aller; convenir; coqueter; faire la coquette; faire plaisir à; flirter; plaire; plaire à; s'accommoder à; s'adapter à; se résigner à; tomber à propos; être apte à; être bon; être convenable
wear avoir mis; porter
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uniform analogue; concordant; homogène; identique; identiquement; isomorphe; lisse; plat; sans cérémonies; sans détours; sans égards; similaire; tout net; uniforme; uniformément; égal

Synoniemen voor "costume":


Wiktionary: costume

costume
noun
  1. Manière particulière de se vêtir
  2. Déguisement
  3. Habit d’homme
costume
noun
  1. set of clothes appropriate for a particular occasion
  2. disguise
  3. dress of a particular country, period or people
  4. set of clothing
  5. a costume or outfit
  6. suit of clothes

Cross Translation:
FromToVia
costume suit Kostüm — Damenkleidung, die aus Rock und Jacke besteht
costume costume Kostümveraltet: Tracht
costume costume Kostüm — Kleidung, die in einer vergangenen Epoche getragen wurde
costume costume; fancy dress KostümVerkleidung zum Beispiel für Schauspieler oder beim Karneval
costume costume TrachtBekleidung einer bestimmten Personengruppe
costume suit Anzugzweiteilige (Jacke und Hose) oder dreiteilige (Jacke, Hose und Weste) Bekleidung für Herren

Verwante vertalingen van costume