Overzicht
Frans naar Engels: Meer gegevens...
- constant:
-
Wiktionary:
- constant → constant, consistent, unwavering
- constant → constant, continuous, steadily, unchanged
Frans
Uitgebreide vertaling voor constant (Frans) in het Engels
constant:
-
constant (toujours; tout le temps; continuel; ininterrompu; continu; constamment; sans relâche; sans cesse; permanent; éternellement; perpétuellement; continuellement; continuelle; incessant; sans interruption; d'affilé)
continuously; continuous; constantly; permanent; unremitting; always; unceasing; ever; without interruption-
continuously bijwoord
-
continuous bijvoeglijk naamwoord
-
constantly bijwoord
-
permanent bijvoeglijk naamwoord
-
unremitting bijvoeglijk naamwoord
-
always bijwoord
-
unceasing bijvoeglijk naamwoord
-
ever bijwoord
-
without interruption bijvoeglijk naamwoord
-
-
constant (continu; continuellement; constamment; incessant; sans cesse; continuelle; sans interruption; ininterrompu; continuel; sans relâche)
continuous; constant; persistent; uninterrupted; unremitting; non stop; repeated-
continuous bijvoeglijk naamwoord
-
constant bijvoeglijk naamwoord
-
persistent bijvoeglijk naamwoord
-
uninterrupted bijvoeglijk naamwoord
-
unremitting bijvoeglijk naamwoord
-
non stop bijvoeglijk naamwoord
-
repeated bijvoeglijk naamwoord
-
-
constant (continu; constamment; continuel)
-
constant (éternellement; continu; toujours; permanent; sans cesse; ininterrompu; continuellement; constamment; incessant; tout le temps; perpétuellement; continuel; continuelle; sans relâche; sans interruption)
perpetual; continuous; everlasting; unremitting; permanent; constant; unceasing; continual; persistent; lasting; unending-
perpetual bijvoeglijk naamwoord
-
continuous bijvoeglijk naamwoord
-
everlasting bijvoeglijk naamwoord
-
unremitting bijvoeglijk naamwoord
-
permanent bijvoeglijk naamwoord
-
constant bijvoeglijk naamwoord
-
unceasing bijvoeglijk naamwoord
-
continual bijvoeglijk naamwoord
-
persistent bijvoeglijk naamwoord
-
lasting bijvoeglijk naamwoord
-
unending bijvoeglijk naamwoord
-
-
constant (régulier; stable; continuel)
-
constant (stable)
-
constant (inébranlable; persévérant; vigoureux; irréductible; ferme; immuable; fermement; tenace; constamment)
persistent-
persistent bijvoeglijk naamwoord
-
-
constant (permanent; durable; continuel)
lasting; everlasting; constant-
lasting bijvoeglijk naamwoord
-
everlasting bijvoeglijk naamwoord
-
constant bijvoeglijk naamwoord
-
-
constant (permanent; fixe; solide; inébranlable; stable; solidement)
Vertaal Matrix voor constant:
Synoniemen voor "constant":
Wiktionary: constant
constant
constant
Cross Translation:
adjective
-
unchanged through time
-
steady
-
consistently recurring over time
-
of dependable nature
-
never doubted; always steady and on course
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• constant | → constant | ↔ constant — Altijd onveranderlijk |
• constant | → constant | ↔ beständig — anhaltend, gleichbleibend |
• constant | → constant | ↔ stet — gehoben: während einer vergleichsweise langen Zeit keinen Schwankungen oder Veränderungen unterworfen |
• constant | → constant; continuous; steadily | ↔ stet — gehoben: ohne Unterlass, ständig, dauernd |
• constant | → unchanged | ↔ unverändert — gleichbleibend; ohne Veränderung, nicht verändert |