Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. branchage:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor branchage (Frans) in het Engels

branchage:

branchage [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le branchage (osier; sièges; fauteuils)
    the sprigs; the twigs
    • sprigs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • twigs [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le branchage (osier)
    the osiers; the twigs; the sprigs
    • osiers [the ~] zelfstandig naamwoord
    • twigs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sprigs [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor branchage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
osiers branchage; osier
sprigs branchage; fauteuils; osier; sièges boutures; crossettes; plançons
twigs branchage; fauteuils; osier; sièges

Synoniemen voor "branchage":


Wiktionary: branchage

branchage
noun
  1. ensemble des branches d’un arbre ou d'un arbuste.

Cross Translation:
FromToVia
branchage brushwood Reisig — dürre, trockene Zweige, die von Baum oder Busch abgefallen sind und häufig als Brennmaterial benutzt werden