Home ->Woordenboeken ->Frans/Engels ->Vertaal bâton

Vertaal bâton van Frans naar Engels

Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bâton:
  2. Wiktionary:

Frans

Uitgebreide vertaling voor bâton (Frans) in het Engels

bâton:

bâton [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bâton (tringle; barreau; barre; )
    the truncheon; the stave; the stick; the rod; the bar; the baton; the cane; the club
    • truncheon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stave [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stick [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rod [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bar [the ~] zelfstandig naamwoord
    • baton [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cane [the ~] zelfstandig naamwoord
    • club [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le bâton (baguette)
    the baton; the conducting staff
  3. le bâton (barre de chocolat; barre; bâton de chocolat)
    the bar; the tablet; the bar of chocolate
  4. le bâton (mètre pliant; mesure; baguette; )
    the folding ruler; the gauge
  5. le bâton (perche)
    the stake
    • stake [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. le bâton (bande; éclat de bois; fragment)
    the strip
    • strip [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bâton:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar barre; barre de chocolat; barreau; bâton; bâton de chocolat; lingot; rai; rayon; tringle auberge; bar; barrage d'une rue; barre; barre transversale; barreau; barreaux; barricade; barrière; bistro; bistrot; brasserie; buffet; buvette; café; cafétéria; coffeeshop; coffeeshops; comptoir; débit de boissons; encombrement; entrave; grillage; grille; grilles; obstacle; poutre transversale; salle de café; salon de thé; taverne; traverse; troussequin; trusquin; zinc
bar of chocolate barre; barre de chocolat; bâton; bâton de chocolat barre; barre de chocolat; bâton de chocolat; chocolat
baton baguette; barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle matraque
cane barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle canne; hampe de roseau; jonc; petite pourriture; pourriture; putréfaction; roseau; roseaux fluviatiles; rotin
club barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle amicale; association; cercle; club; crosse de golf; guilde; guilde de métier; matraque; société; union des artisans
conducting staff baguette; bâton
folding ruler baguette; bâton; centimètre; mesure; mètre pliant; mètre à ruban; règle
gauge baguette; bâton; centimètre; mesure; mètre pliant; mètre à ruban; règle estampille; indicateur; jauge; marque d'étalonnage; poids et mesures; étalonnage
rod barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle baguette; bitte; con; membre viril; poteau; pénis; tige; verges; zizi
stake bâton; perche bûcher; mât; pilier
stave barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle lignes; portée; portée d'une notation musicale
stick barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle branche; brin; crosse de hockey; gourdin; knout; levier de changement de vitesses; phylum; pique-feu; rameau; ramification; ringard; scion; taillis; tige; tisonnier; trique; tronc; verge
strip bande; bâton; fragment; éclat de bois bande; banderole; ruban
tablet barre; barre de chocolat; bâton; bâton de chocolat comprimé
truncheon barre; barreau; bâton; lingot; rai; rayon; tringle matraque
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar barrer; barricader; bloquer; entraver; fermer au verrou; grillager; griller; obstruer; treillager; verrouiller
gauge arpenter; calibrer; jauger; mesurer; plomber; sonder; viser
stake engager son argent; faire son jeu
stick adhérer; attacher; attraper; avoir des difficultés; barboter; chiper; coller; coller ensemble; engluer; fixer avec de la colle; hésiter; ne pas décoller; pendre; piquer; piétiner; plaquer; prendre; ramer; rester court; s'attacher; s'attacher à; s'attarder; scotcher; se coller; souffler; stagner; tomber à plat; être au point mort; être bloqué; être coincé
strip bobiner; débarrasser de; défaire de; dénuder; dépouiller de; dépêter de; déshabiller; dévêtir; enrouler; exploiter; faire du strip-tease; mettre à nu; mettre à sac; piller; pressurer; priver de; retrousser; rouler; saccager; tirer profit de; trousser; écorcher
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
baton gourdin; knout; trique
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cane canné; de chaume; de jonc; de roseau

Synoniemen voor "bâton":


Wiktionary: bâton

bâton
noun
  1. Morceau de bois assez long
bâton
noun
  1. weapon
  2. club
  3. long, straight stick
  4. long piece of wood
Cross Translation:
FromToVia
• bâton → staff ↔ staf — een stok bedoeld voor ondersteuning of onderscheiding van een persoon
• bâton → rod ↔ Stab — Amtszeichen
• bâton → staff ↔ Stab — länglicher zylindrischer Gegenstand

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van bâton







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0648 seconde
Page rendered in 1.0 seconds