Étourdissement in het Engels vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

étourdissement:
- dizziness; vertigo; anaesthetic; anesthetic; giddiness; intoxication; numbness; stupor; faint; swoon; fainting-fit
Wiktionary:
- étourdissement → blackout

Frans

Uitgebreide vertaling voor étourdissement (Frans) in het Engels

étourdissement:

étourdissement [le ~] zelfstandig naamwoord

l'étourdissement (éblouissement)
the dizziness
- dizziness [the ~] zelfstandig naamwoord
l'étourdissement (vertige)
the vertigo; the dizziness
- vertigo [the ~] zelfstandig naamwoord
- dizziness [the ~] zelfstandig naamwoord
l'étourdissement (engourdissement; anesthésie; amortissement; assoupissement)
the anaesthetic; the anesthetic
- anaesthetic [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
- anesthetic [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
l'étourdissement (vertige; ivresse; griserie)
the giddiness; the intoxication
- giddiness [the ~] zelfstandig naamwoord
- intoxication [the ~] zelfstandig naamwoord
l'étourdissement (engourdissement)
the numbness; the stupor
- numbness [the ~] zelfstandig naamwoord
- stupor [the ~] zelfstandig naamwoord
l'étourdissement (évanouissement; défaillance; torpeur; anesthésie; griserie)
the faint; the swoon; the fainting-fit
- faint [the ~] zelfstandig naamwoord
- swoon [the ~] zelfstandig naamwoord
- fainting-fit [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor étourdissement:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anaesthetic	amortissement; anesthésie; assoupissement; engourdissement; étourdissement	anesthésie; anesthésique; narcose; narcotique; stupéfiant
anesthetic	amortissement; anesthésie; assoupissement; engourdissement; étourdissement	anesthésie; anesthésique; narcose; narcotique; stupéfiant
dizziness	vertige; éblouissement; étourdissement	vertiges
faint	anesthésie; défaillance; griserie; torpeur; étourdissement; évanouissement
fainting-fit	anesthésie; défaillance; griserie; torpeur; étourdissement; évanouissement
giddiness	griserie; ivresse; vertige; étourdissement
intoxication	griserie; ivresse; vertige; étourdissement	enivrement; griserie; ivresse; ivrognerie
numbness	engourdissement; étourdissement	anesthésie; assourdissement; fixité; gaucherie; impassibilité; indifférence; insensibilité; raideur; raidissement; rigidité
stupor	engourdissement; étourdissement	anesthésie; assourdissement; impassibilité; insensibilité; narcose
swoon	anesthésie; défaillance; griserie; torpeur; étourdissement; évanouissement	défaillance; faiblesse; pâmoison; syncope; évanouissement
vertigo	vertige; étourdissement	acrophobie; aérophobie; vertige; vertiges; vertigo
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
faint		s'évanouir; se trouver mal; tomber dans les pommes
swoon		s'évanouir; se trouver mal; tomber dans les pommes
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
faint		assourdi; bas; blafard; blémi; blême; confus; crépusculaire; diffus; décoloré; estompé; fade; faible; faiblement; fané; flou; flétri; fragile; fragilement; frêle; indistinct; insipide; livide; lâche; maladif; maladivement; maladroitement; mou; pas clair; puéril; pâle; pâlot; pâlotte; relâché; sans force; sans sel; tamisé; terne; vague; vaguement; vaporeusement; vaporeux; voilé; à mi-voix; étouffé