Éclaboussure in het Engels vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

éclaboussure:
- spatter; spot; blot; speck; stain; dirt-mark; tampering; messing; bungling
Wiktionary:
- éclaboussure → splash, splatter
- éclaboussure → spatter

Frans

Uitgebreide vertaling voor éclaboussure (Frans) in het Engels

éclaboussure:

éclaboussure [la ~] zelfstandig naamwoord

l'éclaboussure (tache; point; moucheture; souillure; petit point; pointe)
the spatter; the spot; the blot; the speck; the stain; the dirt-mark
- spatter [the ~] zelfstandig naamwoord
- spot [the ~] zelfstandig naamwoord
- blot [the ~] zelfstandig naamwoord
- speck [the ~] zelfstandig naamwoord
- stain [the ~] zelfstandig naamwoord
- dirt-mark [the ~] zelfstandig naamwoord
l'éclaboussure
the tampering; the messing; the bungling
- tampering [the ~] zelfstandig naamwoord
- messing [the ~] zelfstandig naamwoord
- bungling [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor éclaboussure:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blot	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure
bungling	éclaboussure	barbotage; barbouillage; bazar; bordel; bousillage; bricolage; brouillon; bâclage; chaos; désordre; fatras; fouillis; gaucherie; gribouillage; gâchage; inhabilité; maladresse; musarderie; musardise; niaiserie; pagaille; pataugeage; rabâchage; ramassis; saletés; travail d'amateur; tripotage
dirt-mark	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure
messing	éclaboussure	barbotage; barbouillage; bousillage; bricolage; gâchage; pataugeage; rabâchage; travail d'amateur; tricherie; tripotage
spatter	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure
speck	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure	moucheture; petit point; point; tache
spot	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure	blâme; bouton; endroit; flash; flash publicitaire; furoncle; souillure; spot; spot publicitaire; tache
stain	moucheture; petit point; point; pointe; souillure; tache; éclaboussure	blâme; flétrissure; produit d'imprégnation; pâté; salissure; souillure; stigmate; tache; tare; teinture; vernis transparent teinté
tampering	éclaboussure	bricolage; tricherie
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blot		barbouiller; beurrer; cochonner; enduire; faire des taches; graisser; gribouiller; salir; souiller; tacher
spatter		gicler; jaillir; éclabousser
spot		discerner; découvrir
stain		déteindre; salir; soiller; souiller; tacher; teinter
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bungling		godiche; pataud

Synoniemen voor "éclaboussure":

tache; saleté; salissure; souillure; gerbe; botte; bouquet

Wiktionary: éclaboussure

éclaboussure

noun

an impact or impression
- splash → bruit; éclaboussure
An uneven shape or mess created by something dispersing on impact
- splatter → éclaboussure

Cross Translation:

From	To	Via
• éclaboussure	→ spatter	↔ spetter — een weggeslingerde druppel

Computer vertaling door derden:

Remove Ads

Vertaal éclaboussure van Frans naar Engels

Uitgebreide vertaling voor éclaboussure (Frans) in het Engels

éclaboussure:

éclaboussure [la ~] zelfstandig naamwoord

l'éclaboussure (tache; point; moucheture; souillure; petit point; pointe)

l'éclaboussure

Vertaal Matrix voor éclaboussure:

Synoniemen voor "éclaboussure":

Wiktionary: éclaboussure