Log: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

logé:
- housed

Engels naar Frans: Meer gegevens...

log:
- livre de loche; livre de bord; journal; bûche; bois de chauffage; bois à brûler; rondin; tison; tronche; bille; enregistrement
- jeter le loch
Wiktionary:
- log → bûche, historique
- log → journaliser
- log → jeter le loch, loch, journal, filer le loch, consigner, enregistrer, journaliser

Frans

Uitgebreide vertaling voor log (Frans) in het Engels

logé:

logé bijvoeglijk naamwoord

logé (hébergé)
housed
- housed bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor logé:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
housed	hébergé; logé

Synoniemen voor "logé":

domicilié; installé; hébergé; reçu; abrité; casé; placé; mis; habité

Engels

Uitgebreide vertaling voor log (Engels) in het Frans

log:

log [the ~] zelfstandig naamwoord

the log (logbook; journal)
le livre de loche; le livre de bord
- livre de loche [le ~] zelfstandig naamwoord
- livre de bord [le ~] zelfstandig naamwoord
the log (diary; journal; logbook)
le journal; le livre de bord
- journal [le ~] zelfstandig naamwoord
- livre de bord [le ~] zelfstandig naamwoord
the log (fire wood)
la bûche; le bois de chauffage; le bois à brûler; le rondin; le tison
- bûche [la ~] zelfstandig naamwoord
- bois de chauffage [le ~] zelfstandig naamwoord
- bois à brûler [le ~] zelfstandig naamwoord
- rondin [le ~] zelfstandig naamwoord
- tison [le ~] zelfstandig naamwoord
the log (fire wood)
la tronche; la bûche; la bille
- tronche [la ~] zelfstandig naamwoord
- bûche [la ~] zelfstandig naamwoord
- bille [la ~] zelfstandig naamwoord
the log

– A record of transactions or events that take place within an IT managed environment. ¹
l'enregistrement
- enregistrement [le ~] zelfstandig naamwoord

to log werkwoord (logs, logged, logging)

to log (heave the log; pay out the log-line; sail by the log)
jeter le loch
- jeter le loch werkwoord

Conjugations for log:

present

log
log
logs
log
log
log

simple past

logged
logged
logged
logged
logged
logged

present perfect

have logged
have logged
has logged
have logged
have logged
have logged

past continuous

was logging
were logging
was logging
were logging
were logging
were logging

future

shall log
will log
will log
shall log
will log
will log

continuous present

am logging
are logging
is logging
are logging
are logging
are logging

subjunctive

be logged
be logged
be logged
be logged
be logged
be logged

diverse

log!
let's log!
logged
logging

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor log:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bille	fire wood; log	big marble; bonce; taw
bois de chauffage	fire wood; log	fuel wood
bois à brûler	fire wood; log
bûche	fire wood; log
enregistrement	log	applying; enrollment; enrolment; entry; logging; record; recording; registration; reservation; row; taping
journal	diary; journal; log; logbook	agenda; daily paper; journal; memorandum book; news; news bulletin; news item; news report; newspaper; newsreel; paper; pocket diary
livre de bord	diary; journal; log; logbook
livre de loche	journal; log; logbook
rondin	fire wood; log	spar
tison	fire wood; log
tronche	fire wood; log
-	logarithm
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
jeter le loch	heave the log; log; pay out the log-line; sail by the log
-	lumber

Verwante woorden van "log":

logs

Synoniemen voor "log":

wood
backlog; firewood
logarithm; exponent; power; index
written record; written account
measuring instrument; measuring system; measuring device
record; enter; put down; log up
lumber; fell; drop; strike down; cut down

Verwante definities voor "log":

measuring instrument that consists of a float that trails from a ship by a knotted line in order to measure the ship's speed through the water²
a written record of events on a voyage (of a ship or plane)²
a written record of messages sent or received²
- they kept a log of all transmission by the radio station²
- an email log²
the exponent required to produce a given number²
a segment of the trunk of a tree when stripped of branches²
enter into a log, as on ships and planes²
cut lumber, as in woods and forests²
A record of transactions or events that take place within an IT managed environment.¹

Wiktionary: log

log

noun

morceau de bois taillé pour le chauffage.
- bûche → log; blockhead; clod; clot
Fichier qui enregistre les actions qui se sont déroulées au cours du temps.
- historique → history; log

verb

Inscrire dans un journal informatique
- journaliser → log

Cross Translation:

From	To	Via
• log	→ jeter le loch	↔ loggen — vaart bepalen
• log	→ loch	↔ Log — Nautik: Messgerät zur Bestimmung der Fahrgeschwindigkeit eines Schiffes
• log	→ journal	↔ Tagebuch — persönliches Notizbuch, in dem Tagesereignisse festgehalten werden.
• log	→ filer le loch; jeter le loch	↔ loggen — Seewesen, transitiv: die Geschwindigkeit eines Schiffes mithilfe eines speziellen Fahrtmessers – des Logs – ermitteln
• log	→ consigner; enregistrer; journaliser	↔ loggen — EDV, transitiv: eine Aufzeichnung von bestimmten auf einem Computer ablaufenden Vorgang machen

Franse en Engelse zoekresultaten voor: log

Uitgebreide vertaling voor log (Frans) in het Engels

logé:

logé bijvoeglijk naamwoord

logé (hébergé)

Vertaal Matrix voor logé:

Synoniemen voor "logé":

Uitgebreide vertaling voor log (Engels) in het Frans

log:

log [the ~] zelfstandig naamwoord

the log (logbook; journal)

the log (diary; journal; logbook)

the log (fire wood)

the log (fire wood)

the log

to log werkwoord (logs, logged, logging)

to log (heave the log; pay out the log-line; sail by the log)

Conjugations for log:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor log:

Verwante woorden van "log":

Synoniemen voor "log":

Verwante definities voor "log":

Wiktionary: log

Verwante vertalingen van log