Aplomb: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

aplomb:
- self-confidence; aplomb; determination; resoluteness; firmness; sureness; resolution; candor; frankness; boldness; candour; self-assurance
Wiktionary:
- aplomb → uprightness, nerve, self-assurance

Engels naar Frans: Meer gegevens...

aplomb:
- aplomb

Frans

Uitgebreide vertaling voor aplomb (Frans) in het Engels

aplomb:

aplomb [le ~] zelfstandig naamwoord

l'aplomb (confiance en soi; assurance de soi-même; assurance; certitude)
the self-confidence
- self-confidence [the ~] zelfstandig naamwoord
l'aplomb
the aplomb
- aplomb [the ~] zelfstandig naamwoord
l'aplomb (détermination; résolution; ténacité; assurance de soi-même; assurance; fermeté; sécurité; garantie; certitude; sûreté; stabilité; constance; durabilité; confiance en soi; sûreté de soi-même)
the determination; the resoluteness; the firmness; the sureness; the resolution
- determination [the ~] zelfstandig naamwoord
- resoluteness [the ~] zelfstandig naamwoord
- firmness [the ~] zelfstandig naamwoord
- sureness [the ~] zelfstandig naamwoord
- resolution [the ~] zelfstandig naamwoord
l'aplomb (franchise; assurance; franc-parler)
the candor; the frankness; the boldness; the candour
- candor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
- frankness [the ~] zelfstandig naamwoord
- boldness [the ~] zelfstandig naamwoord
- candour [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
l'aplomb (confiance en soi; assurance)
the self-assurance; the self-confidence
- self-assurance [the ~] zelfstandig naamwoord
- self-confidence [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aplomb:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aplomb	aplomb
boldness	aplomb; assurance; franc-parler; franchise	assurance; audace; bec; brutalité; calvitie; courage; cran; culot; effronterie; groin; grossièreté; gueule; hardiesse; impertinence; insolence; intrépidité; museau; trop grande familiarité; témérité
candor	aplomb; assurance; franc-parler; franchise	droiture; franc-parler; franchise; honnêteté; intégrité; liberté d'esprit; objectivité; sincérité
candour	aplomb; assurance; franc-parler; franchise	droiture; franc-parler; franchise; honnêteté; intégrité; liberté d'esprit; objectivité; sincérité
determination	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi; constance; durabilité; détermination; fermeté; garantie; résolution; stabilité; sécurité; sûreté; sûreté de soi-même; ténacité	discipline; définition; détermination; fermeté; règlement; règles; résolution; soumission
firmness	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi; constance; durabilité; détermination; fermeté; garantie; résolution; stabilité; sécurité; sûreté; sûreté de soi-même; ténacité	assurance; bonne qualité; certitude; cohésion; consistance; fait d'être ferme; fermeté; fiabilité; hardiesse; résolution; solidité; stabilité; sûreté; ténacité
frankness	aplomb; assurance; franc-parler; franchise	franc-parler; franchise; honnêteté; liberté d'esprit; objectivité; réceptivité; sensibilité; sincérité; susceptibilité
resoluteness	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi; constance; durabilité; détermination; fermeté; garantie; résolution; stabilité; sécurité; sûreté; sûreté de soi-même; ténacité	détermination; fait d'être résolu; fermeté; garantie; résolution
resolution	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi; constance; durabilité; détermination; fermeté; garantie; résolution; stabilité; sécurité; sûreté; sûreté de soi-même; ténacité	décision; détermination; fait d'être ferme; fait d'être résolu; fermeté; garantie; hardiesse; résolution; résultat; solution
self-assurance	aplomb; assurance; confiance en soi
self-confidence	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi
sureness	aplomb; assurance; assurance de soi-même; certitude; confiance en soi; constance; durabilité; détermination; fermeté; garantie; résolution; stabilité; sécurité; sûreté; sûreté de soi-même; ténacité

Synoniemen voor "aplomb":

équilibre; audace; cran; estomac; bravoure; résolution; assurance; hardiesse; courage; intrépidité; assiette; attitude; contrepoids; stabilité; énergie; risque; coeur; fermeté; témérité; imprudence; vigueur; impudence; cynisme; impudeur; insolence; front; effronterie; impertinence; outrecuidance; orgueil; présomption; fatuité; position; situation; exposition; orientation; emplacement; disposition; posture; pose; station; sang-froid; confiance; sûreté; impassibilité; flegme; stoïcisme; solidité; compacité; consistance; fixité; homogénéité; assise

Wiktionary: aplomb

aplomb

noun

Équilibre, stabilité d’un corps solide suivant la verticale
- aplomb → uprightness
Assurance dans le comportement
- aplomb → nerve

aplomb

noun

state or quality of being confident in oneself
- self-assurance → aplomb; confiance en soi
The state of being erect or vertical
- uprightness → aplomb

Verwante vertalingen van aplomb

Engels

Uitgebreide vertaling voor aplomb (Engels) in het Frans

aplomb:

aplomb [the ~] zelfstandig naamwoord

the aplomb
l'aplomb
- aplomb [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aplomb:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aplomb	aplomb	boldness; candor; candour; determination; firmness; frankness; resoluteness; resolution; self-assurance; self-confidence; sureness
-	assuredness; cool; poise; sang-froid

Synoniemen voor "aplomb":

assuredness; cool; poise; sang-froid; composure; calm; calmness; equanimity

Verwante definities voor "aplomb":

great coolness and composure under strain¹

Remove Ads

Franse en Engelse zoekresultaten voor: aplomb

Uitgebreide vertaling voor aplomb (Frans) in het Engels

aplomb:

aplomb [le ~] zelfstandig naamwoord

l'aplomb (confiance en soi; assurance de soi-même; assurance; certitude)

l'aplomb

l'aplomb (détermination; résolution; ténacité; assurance de soi-même; assurance; fermeté; sécurité; garantie; certitude; sûreté; stabilité; constance; durabilité; confiance en soi; sûreté de soi-même)

l'aplomb (franchise; assurance; franc-parler)

l'aplomb (confiance en soi; assurance)

Vertaal Matrix voor aplomb:

Synoniemen voor "aplomb":

Wiktionary: aplomb

Verwante vertalingen van aplomb

Uitgebreide vertaling voor aplomb (Engels) in het Frans

aplomb:

aplomb [the ~] zelfstandig naamwoord

the aplomb

Vertaal Matrix voor aplomb:

Synoniemen voor "aplomb":

Verwante definities voor "aplomb":