Ignorance: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

ignorance:
- ignorance; unfamiliarity with; obscurity; naïvete; foolishness; inanity; silliness; incapability; incompetence
Wiktionary:
- ignorance → ignorance
- ignorance → ignorance

Engels naar Frans: Meer gegevens...

ignorance:
- ignorance; inconnaissance; méconnaissance
Wiktionary:
- ignorance → ignorance
- ignorance → ignorance

Frans

Uitgebreide vertaling voor ignorance (Frans) in het Engels

ignorance:

ignorance [la ~] zelfstandig naamwoord

l'ignorance
the ignorance
- ignorance [the ~] zelfstandig naamwoord
l'ignorance (inconnaissance; méconnaissance)
the unfamiliarity with; the obscurity; the ignorance
- unfamiliarity with [the ~] zelfstandig naamwoord
- obscurity [the ~] zelfstandig naamwoord
- ignorance [the ~] zelfstandig naamwoord
l'ignorance (simplicité; innocence; candeur; niaiserie; naïveté; ingénuité; fait d'être bonasse)
the naïvete; the foolishness; the inanity; the silliness
- naïvete [the ~] zelfstandig naamwoord
- foolishness [the ~] zelfstandig naamwoord
- inanity [the ~] zelfstandig naamwoord
- silliness [the ~] zelfstandig naamwoord
l'ignorance (incompétence)
the incapability; the incompetence
- incapability [the ~] zelfstandig naamwoord
- incompetence [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ignorance:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
foolishness	candeur; fait d'être bonasse; ignorance; ingénuité; innocence; naïveté; niaiserie; simplicité	blague; bouffonnerie; bêtise; bêtises; déraison; espièglerie; folie; idiotie; non-sens; plaisanterie; sottise; stupidité
ignorance	ignorance; inconnaissance; méconnaissance
inanity	candeur; fait d'être bonasse; ignorance; ingénuité; innocence; naïveté; niaiserie; simplicité	aliénation; folie; idiotisme
incapability	ignorance; incompétence	inaptitude; incapacité; incompétence; inhabilité; insuffisance
incompetence	ignorance; incompétence	inaptitude; incapacité; incompétence; inhabilité; insuffisance
naïvete	candeur; fait d'être bonasse; ignorance; ingénuité; innocence; naïveté; niaiserie; simplicité
obscurity	ignorance; inconnaissance; méconnaissance	manque de clarté; manque de précision; noir; obscurité; ténèbres; vague
silliness	candeur; fait d'être bonasse; ignorance; ingénuité; innocence; naïveté; niaiserie; simplicité	allégresse; badinage; belle humeur; blague; bordel; bouffonnerie; bêtise; cocasserie; cris d'allégresse; farce; folie; gaieté; joie; plaisanterie; plaisir; raillerie; rigolade; réjouissance; satisfaction; sottise; stupidité
unfamiliarity with	ignorance; inconnaissance; méconnaissance

Synoniemen voor "ignorance":

analphabétisme; méconnaissance; incompétence; incapacité; impéritie; inaptitude; insuffisance; lacune; inexpérience; bêtise; ânerie; illettrisme; incompréhension; inconscience; aveuglement; irréflexion; folie; insensibilité; inculture; maladresse; ingénuité; naïveté; innocence; pureté; candeur; fraîcheur; simplicité; virginité; espace; franchise; crédulité; niaiserie

Wiktionary: ignorance

ignorance

noun

état de celui qui est ignorant ; celui qui ne connaît rien.
- ignorance → ignorance

ignorance

noun

condition of being uninformed or uneducated
- ignorance → ignorance

Cross Translation:

From	To	Via
• ignorance	→ ignorance	↔ Ignoranz — abwertend: selbstverschuldete Unwissenheit, Beschränktheit

Engels

Uitgebreide vertaling voor ignorance (Engels) in het Frans

ignorance:

ignorance [the ~] zelfstandig naamwoord

the ignorance
l'ignorance
- ignorance [la ~] zelfstandig naamwoord
the ignorance (unfamiliarity with; obscurity)
l'inconnaissance; la méconnaissance; l'ignorance
- inconnaissance [la ~] zelfstandig naamwoord
- méconnaissance [la ~] zelfstandig naamwoord
- ignorance [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ignorance:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ignorance	ignorance; obscurity; unfamiliarity with	foolishness; inanity; incapability; incompetence; naïvete; silliness
inconnaissance	ignorance; obscurity; unfamiliarity with
méconnaissance	ignorance; obscurity; unfamiliarity with	failure to appreciate; misjudgement; misunderstanding; underestimation

Synoniemen voor "ignorance":

content; cognitive content; mental object

Verwante definities voor "ignorance":

the lack of knowledge or education¹

Wiktionary: ignorance

ignorance

noun

condition of being uninformed or uneducated
- ignorance → ignorance

ignorance

noun

état de celui qui est ignorant ; celui qui ne connaît rien.
- ignorance → ignorance

Cross Translation:

From	To	Via
• ignorance	→ ignorance	↔ Ignoranz — abwertend: selbstverschuldete Unwissenheit, Beschränktheit

Verwante vertalingen van ignorance

feigning ignorance of

Remove Ads

Franse en Engelse zoekresultaten voor: ignorance

Uitgebreide vertaling voor ignorance (Frans) in het Engels

ignorance:

ignorance [la ~] zelfstandig naamwoord

l'ignorance

l'ignorance (inconnaissance; méconnaissance)

l'ignorance (simplicité; innocence; candeur; niaiserie; naïveté; ingénuité; fait d'être bonasse)

l'ignorance (incompétence)

Vertaal Matrix voor ignorance:

Synoniemen voor "ignorance":

Wiktionary: ignorance

Uitgebreide vertaling voor ignorance (Engels) in het Frans

ignorance:

ignorance [the ~] zelfstandig naamwoord

the ignorance

the ignorance (unfamiliarity with; obscurity)

Vertaal Matrix voor ignorance:

Synoniemen voor "ignorance":

Verwante definities voor "ignorance":

Wiktionary: ignorance

Verwante vertalingen van ignorance