Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. terrasse:
  2. terrasser:
  3. Wiktionary:
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. terrasse:
    Het woord terrasse is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van engels naar frans.


Frans

Uitgebreide vertaling voor terrasse (Frans) in het Engels

terrasse:

terrasse [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la terrasse
    the terrace
    • terrace [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. la terrasse
    the outdoor café; the sidewalk café
  3. la terrasse (plate-forme)
    the platform; the plank bridge
  4. la terrasse (patio; préau; cour intérieure; enclos; jardin intérieur)
    the patio
    • patio [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor terrasse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
outdoor café terrasse
patio cour intérieure; enclos; jardin intérieur; patio; préau; terrasse
plank bridge plate-forme; terrasse passerelle
platform plate-forme; terrasse passerelle; plancher; plateau; plateforme; quai
sidewalk café terrasse
terrace terrasse

Synoniemen voor "terrasse":


Wiktionary: terrasse

terrasse
noun
  1. Levée de terre artificielle en plate-forme, ordinairement soutenue par de la maçonnerie. (Sens général).
terrasse
noun
  1. platform that extends outwards from a building
  2. flat-topped bank of earth with sloping sides

Cross Translation:
FromToVia
terrasse terrace terras — een met een horecaterras vergelijkbare plek in een tuin
terrasse terrace; patio Terrasse — Größere, ebene Fläche vor, bei oder auf einem Gebäude

terrassé:


Synoniemen voor "terrassé":


terrasse vorm van terrasser:

terrasser werkwoord (terrasse, terrasses, terrassons, terrassez, )

  1. terrasser (épater; envahir; accabler; bluffer; surcharger)
    to daze; stupify; to overcome
    • daze werkwoord (dazes, dazed, dazing)
    • stupify werkwoord
    • overcome werkwoord (overcomes, overcame, overcoming)
  2. terrasser (vaincre; maîtriser; apprivoiser; )
    to overwhelm; to overpower; to take possession of something; to overcome; to tame
    • overwhelm werkwoord (overwhelms, overwhelmed, overwhelming)
    • overpower werkwoord (overpowers, overpowered, overpowering)
    • take possession of something werkwoord (takes possession of something, took possession of something, taking possession of something)
    • overcome werkwoord (overcomes, overcame, overcoming)
    • tame werkwoord (tames, tamed, taming)

Conjugations for terrasser:

Présent
  1. terrasse
  2. terrasses
  3. terrasse
  4. terrassons
  5. terrassez
  6. terrassent
imparfait
  1. terrassais
  2. terrassais
  3. terrassait
  4. terrassions
  5. terrassiez
  6. terrassaient
passé simple
  1. terrassai
  2. terrassas
  3. terrassa
  4. terrassâmes
  5. terrassâtes
  6. terrassèrent
futur simple
  1. terrasserai
  2. terrasseras
  3. terrassera
  4. terrasserons
  5. terrasserez
  6. terrasseront
subjonctif présent
  1. que je terrasse
  2. que tu terrasses
  3. qu'il terrasse
  4. que nous terrassions
  5. que vous terrassiez
  6. qu'ils terrassent
conditionnel présent
  1. terrasserais
  2. terrasserais
  3. terrasserait
  4. terrasserions
  5. terrasseriez
  6. terrasseraient
passé composé
  1. ai terrassé
  2. as terrassé
  3. a terrassé
  4. avons terrassé
  5. avez terrassé
  6. ont terrassé
divers
  1. terrasse!
  2. terrassez!
  3. terrassons!
  4. terrassé
  5. terrassant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor terrasser:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tame bonnet; béret; casquette; chapeau; couvre-chef; feutre
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
daze accabler; bluffer; envahir; surcharger; terrasser; épater
overcome accabler; apprivoiser; arriver; bluffer; dominer; dompter; envahir; gagner; maîtriser; posséder; soumettre; surcharger; terrasser; vaincre; épater convaincre; gagner; remporter une victoire; triompher; vaincre
overpower apprivoiser; arriver; dominer; dompter; envahir; gagner; maîtriser; posséder; soumettre; terrasser; vaincre apprivoiser; dominer; dompter; envahir; maîtriser; soumettre
overwhelm apprivoiser; arriver; dominer; dompter; envahir; gagner; maîtriser; posséder; soumettre; terrasser; vaincre accabler de; combler de; couvrir de; enfouir; ensevelir; envahir de; inonder de; submerger de; surcharger
stupify accabler; bluffer; envahir; surcharger; terrasser; épater
take possession of something apprivoiser; arriver; dominer; dompter; envahir; gagner; maîtriser; posséder; soumettre; terrasser; vaincre
tame apprivoiser; arriver; dominer; dompter; envahir; gagner; maîtriser; posséder; soumettre; terrasser; vaincre apprivoiser; dominer; dompter; dresser; envahir; maîtriser; soumettre
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tame apprivoisé; docile; docilement; domestique; maniable; obéissant; soumis
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
overcome pris; saisi

Synoniemen voor "terrasser":


Wiktionary: terrasser

terrasser
verb
  1. soutenir, fortifier par un amas de terre.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van terrasse



Engels

Uitgebreide vertaling voor terrasse (Engels) in het Frans

terrasse:


Vertaal Matrix voor terrasse:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- terrace

Synoniemen voor "terrasse":


Verwante definities voor "terrasse":

  1. provide (a house) with a terrace1
    • We terrassed the country house1

Computer vertaling door derden: