Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. supplice:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor supplice (Frans) in het Engels

supplice:

supplice [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le supplice (tenaillement)
    the agony; the torture; the torment; the pain
    • agony [the ~] zelfstandig naamwoord
    • torture [the ~] zelfstandig naamwoord
    • torment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pain [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le supplice (martyre; torture; tourment)
    the torture
    • torture [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor supplice:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agony supplice; tenaillement agonie; angoisse mortelle
pain supplice; tenaillement blessure; douleur; mal; peine
torment supplice; tenaillement
torture martyre; supplice; tenaillement; torture; tourment torture
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
torment blesser; faire tort à; martyriser; tenailler; torturer; tourmenter
torture blesser; faire tort à; malmener; maltraiter; martyriser; molester; rudoyer; tenailler; torturer; tourmenter

Synoniemen voor "supplice":


Wiktionary: supplice

supplice
noun
  1. ordonné par un tribunal
  2. souffrance infligée aux vaincus, prisonniers de guerre, …
  3. douleur physique ou morale prolongée
  4. peine, inquiétude qui persiste

Verwante vertalingen van supplice