Home ->Woordenboeken ->Frans/Engels ->Zoek: propriétaire

Franse en Engelse zoekresultaten voor: propriétaire

Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. propriétaire:
  2. Wiktionary:

Frans

Uitgebreide vertaling voor propriétaire (Frans) in het Engels

propriétaire:

propriétaire [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le propriétaire (titulaire; possesseur; porteur; )
    the holder; the owner; the proprietor; the bearer; the possessor
    • holder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • owner [the ~] zelfstandig naamwoord
    • proprietor [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bearer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • possessor [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le propriétaire (loueur)
    the lessor; the landlord; the landlady
    • lessor [the ~] zelfstandig naamwoord
    • landlord [the ~] zelfstandig naamwoord
    • landlady [the ~] zelfstandig naamwoord
    the letter
    – owner who lets another person use something (housing usually) for hire 1
    • letter [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. le propriétaire (concierge; logeur; gardien; propriétaire foncier; patron d'une pension)
    the lodging-house keeper; the landlord; the landlady
  4. le propriétaire (bailleur; loueur)
    the lessor; the landlord
    • lessor [the ~] zelfstandig naamwoord
    • landlord [the ~] zelfstandig naamwoord
    the letter
    – owner who lets another person use something (housing usually) for hire 1
    • letter [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. le propriétaire
    the homeowner
  6. le propriétaire (aubergiste)
    the host; the landlord; the innkeeper; the pub-keeper; the lodging-house keeper; the café keeper
  7. le propriétaire (patron d'une pension)
    the landlord
    • landlord [the ~] zelfstandig naamwoord

propriétaire [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la propriétaire
    the holder; the possessor
    • holder [the ~] zelfstandig naamwoord
    • possessor [the ~] zelfstandig naamwoord

propriétaire

  1. propriétaire
    the owner
    – In the Macintosh environment, an owner is the user responsible for setting permissions for a folder on a server. A Macintosh user who creates a folder on the server automatically becomes the owner of the folder, and can then transfer ownership to someone else. Each Macintosh-accessible volume on the server also has an owner. 2
    • owner [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. propriétaire
    the owner
    – The user who is responsible for a particular record in the system. The owner is frequently allowed to perform actions on the record that other users cannot. 2
    • owner [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor propriétaire:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bearer container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence chargeur; crocheteur; portefaix; porteur; porteur d'une cheque ou d'une action
café keeper aubergiste; propriétaire
holder container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence bassin; citerne; container; conteneur; cuve; réservoir
homeowner propriétaire
host aubergiste; propriétaire animateur; armée; guide; hôte; manager; maître de maison; mentor; ordinateur hôte de l'ordinateur virtuel; présentateur; tuteur
innkeeper aubergiste; propriétaire aubergiste; cafetier; châtelain; débitant de boissons; hôtelier; logeur; marchand de vins; patron de bistrot; patron de débit de boissons
landlady concierge; gardien; logeur; loueur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier aubergiste; cafetier; châtelain; débitant de boissons; hôtesse; logeuse; marchand de vins
landlord aubergiste; bailleur; concierge; gardien; logeur; loueur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier aubergiste; cafetier; châtelain; débitant de boissons; intendant d'un château; marchand de vins; propriétaire foncier; propriétaire terrien; seigneur
lessor bailleur; loueur; propriétaire
letter bailleur; loueur; propriétaire lettre
lodging-house keeper aubergiste; concierge; gardien; logeur; patron d'une pension; propriétaire; propriétaire foncier
owner container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence
possessor container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence possesseuse
proprietor container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence
pub-keeper aubergiste; propriétaire aubergiste; cafetier; châtelain; débitant de boissons; patron de bistrot; patron de débit de boissons

Synoniemen voor "propriétaire":


Wiktionary: propriétaire

propriétaire
noun
  1. Celui, celle à qui une chose appartenir en propriété.
    • propriétaire → owner
propriétaire
noun
  1. person who owns and rents land such as a house, apartment, or condo
  2. female landlord
  3. one who owns
  4. owner
  5. -
Cross Translation:
FromToVia
• propriétaire → landlord ↔ hospes — een man die een of meer kamers in zijn eigen woonhuis ter beschikking stelt aan een kostganger of commensaal
• propriétaire → owner ↔ eigenaar — iemand wiens bezit iets is
• propriétaire → owner; proprietor; holder ↔ Besitzer — Recht: die Person / Personen, die die tatsächliche Herrschaft über eine Sache ausüben
• propriétaire → proprietor ↔ Eigentümer — diejenige Person, die die rechtliche Herrschaft über eine Sache hat
• propriétaire → landlord ↔ Hauswirt — der Eigentümer oder Besitzer eines Hauses, der Wohnungen in diesem Haus vermietet

Verwante vertalingen van propriétaire







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0441 seconde
Page rendered in 1.0 seconds