Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. arc:
  2. Wiktionary:
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. arc:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor arc (Frans) in het Engels

arc:

arc [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'arc
    the bow; the crossbow; the longbow
    • bow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crossbow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • longbow [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'arc
    the arched line
  3. l'arc (arcade; courbe; voûte; arche)
    the arch; the curvature; the vaulting; the curve; the camber
    • arch [the ~] zelfstandig naamwoord
    • curvature [the ~] zelfstandig naamwoord
    • vaulting [the ~] zelfstandig naamwoord
    • curve [the ~] zelfstandig naamwoord
    • camber [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arc:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arch arc; arcade; arche; courbe; voûte arcade; voûte en plein-cintre
arched line arc
bow arc archet; courbure; flexion; manche du violon; ogive; racloire; radoire; étrave
camber arc; arcade; arche; courbe; voûte cambrure; courbe; courbement; courbure; rondeur
crossbow arc arbalète; ogive
curvature arc; arcade; arche; courbe; voûte courbe; courbement
curve arc; arcade; arche; courbe; voûte bibine; boucle; coude; courbe; courbement; courbure; flexion; inclinaison; inclination; revirement; rondeur; sinuosité; tournant; virage; virement
longbow arc ogive
vaulting arc; arcade; arche; courbe; voûte
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arch courber; fléchir; plier; recourber; s'incliner; s'incurver; se courber; se tordre; se voûter
bow arquer; avoir du respect pour quelqu'un; cambrer; courber; déjeter; fléchir; plier; recourber; respecter; s'incliner; s'incurver; se courber; témoigner du respect à quelqu'un
curve cambrer; courber; fléchir; honorer; plier; recourber; s'incliner; s'incurver; se courber; se tordre; se voûter
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arch amusant; drôle; drôlement; espiègle; plaisant; rigolo

Synoniemen voor "arc":


Wiktionary: arc

arc
noun
  1. Arme
  2. Portion de courbe
  3. Construction courbe
arc
noun
  1. continuous section of the circumference of a circle
  2. bend in a rod or planar surface
  3. weapon used for shooting arrows
  4. architectural element
  5. inverted U shape
  6. curve

Cross Translation:
FromToVia
arc arch BogenBauwesen: Bauteil über Öffnungen und Raum zum Tragen darüberliegender Bauteile
arc arc Bogenallgemein und Mathematik: gekrümmte, in der Regel mathematisch beschreibbare Linie, Kurve
arc bow BogenSport, Jagd, Militär: aus Holz gefertigte und mit einer Sehne versehene Schusswaffe zum Abschießen von Pfeilen

Verwante vertalingen van arc



Engels

Uitgebreide vertaling voor arc (Engels) in het Frans

arc:

arc [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the arc (electric arc)
    l'arc lumineux

Vertaal Matrix voor arc:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arc lumineux arc; electric arc
- bow; discharge; electric arc; electric discharge; spark
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- arch; curve

Verwante woorden van "arc":

  • arcs

Synoniemen voor "arc":


Verwante definities voor "arc":

  1. electrical conduction through a gas in an applied electric field1
  2. a continuous portion of a circle1
  3. something curved in shape1
  4. form an arch or curve1

Wiktionary: arc

arc
noun
  1. curve
  2. geometry: part of a curve
arc
noun
  1. Portion de courbe

Cross Translation:
FromToVia
arc arc; courbe Bogenallgemein und Mathematik: gekrümmte, in der Regel mathematisch beschreibbare Linie, Kurve
arc arc électrique; arc voltaïque Lichtbogen — leuchtende elektrische Entladung zwischen zwei Elektroden

Verwante vertalingen van arc