Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. accentuation:
  2. Wiktionary:
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. accentuate:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor accentuation (Frans) in het Engels

accentuation:

accentuation [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'accentuation (domaine qui mérite une attention particulière; accent; accent principal; )
    the emphasis; the accent
    • emphasis [the ~] zelfstandig naamwoord
    • accent [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor accentuation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accent accent; accent d'intensité; accent principal; accentuation; domaine qui mérite une attention particulière; inflexion; insistance accent; accent d'insistance; argot; dialecte; domaine qui mérite une attention particulière; jargon; parler régional; patois; question prioritaire
emphasis accent; accent d'intensité; accent principal; accentuation; domaine qui mérite une attention particulière; inflexion; insistance

Synoniemen voor "accentuation":


Wiktionary: accentuation


Cross Translation:
FromToVia
accentuation stress; accentuation BetonungLinguistik: Hervorhebung einer bestimmten Silbe durch höheren Atemdruck oder größere Tonhöhe

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van accentuation



Engels

Uitgebreide vertaling voor accentuation (Engels) in het Frans

accentuation:


Vertaal Matrix voor accentuation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- accenting; emphasizing

Verwante woorden van "accentuation":


Synoniemen voor "accentuation":


Verwante definities voor "accentuation":

  1. the act of giving special importance or significance to something1
  2. the use or application of an accent; the relative prominence of syllables in a phrase or utterance1

Wiktionary: accentuation


Cross Translation:
FromToVia
accentuation accent; accentuation BetonungLinguistik: Hervorhebung einer bestimmten Silbe durch höheren Atemdruck oder größere Tonhöhe

accentuate:

accentuate werkwoord

  1. accentuate (emphasize; stress; emphasise)
    souligner; accentuer; insister sur
    • souligner werkwoord (souligne, soulignes, soulignons, soulignez, )
    • accentuer werkwoord (accentue, accentues, accentuons, accentuez, )
    • insister sur werkwoord
  2. accentuate (sharpen)
    exacerber

Vertaal Matrix voor accentuate:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accentuer accentuate; emphasise; emphasize; stress emphasise; emphasize; tear; underline; urge on
exacerber accentuate; sharpen
insister sur accentuate; emphasise; emphasize; stress drum into a person's head; harp; keep repeating; stamp in
souligner accentuate; emphasise; emphasize; stress blow up; emphasise; emphasize; exaggerate; heighten; overdo; tear; underline; urge on
- accent; emphasise; emphasize; punctuate; stress
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- stress

Verwante woorden van "accentuate":

  • accentuating, accentuation

Synoniemen voor "accentuate":


Verwante definities voor "accentuate":

  1. put stress on; utter with an accent1
  2. to stress, single out as important1

Wiktionary: accentuate

accentuate
verb
  1. to bring out distinctly
  2. to mark with a written accent
accentuate
Cross Translation:
FromToVia
accentuate accentuer akzentuieren — (transitiv): etwas stark betonen, deutlich hervorheben; einen Akzent setzen

Computer vertaling door derden: