Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. biscuit:
  2. Wiktionary:
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. biscuit:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor biscuit (Frans) in het Engels

biscuit:

biscuit [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le biscuit (gâteau sec; biscotte)
    the cookie; the biscuit; the kind of biscuit
    the snap
    – a crisp round cookie flavored with ginger 1
    • snap [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le biscuit (petit gâteau sec; gâteau sec; petit biscuit)
    the biscuit; the cookie
    • biscuit [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cookie [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. le biscuit
    the hard tack; the ship's biscuit

Vertaal Matrix voor biscuit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
biscuit biscotte; biscuit; gâteau sec; petit biscuit; petit gâteau sec
cookie biscotte; biscuit; gâteau sec; petit biscuit; petit gâteau sec cookie
hard tack biscuit
kind of biscuit biscotte; biscuit; gâteau sec
ship's biscuit biscuit
snap biscotte; biscuit; gâteau sec
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
snap aligner; briser; casser; craquer; craqueter; exploder; exploser; faire du vent; faire un clic; flotter au vent; lancer des reproches à la figure; mordre; piquer; rompre; s'envoler; saisir l'occasion; venter; voler; voleter; voltiger; éclater
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
snap attirant; attractif; avec grâce; avec élégance; charmant; d'un bon style; d'une manière charmante; de bon goût; du meilleur goût; délicat; délicatement; fin; finement; gracieuse; gracieusement; gracieux; joli; mignon; plaisant; ravissant; séduisant; élégamment; élégant

Synoniemen voor "biscuit":


Wiktionary: biscuit

biscuit
noun
  1. Ouvrage de porcelaine cuit au four et qu’on laisse dans son blanc mat, sans peinture ni couverte.
  2. Gâteau sec.
biscuit
noun
  1. flat cake
  2. cookie
  3. form of earthenware
  4. ship's "bread"

Cross Translation:
FromToVia
biscuit cookie; biscuit Keks — gebackene Süßigkeit
biscuit zwieback; rusk; biscuit Zwieback — süßes Brot, das zunächst einmal gebacken (Einback), dann in Scheiben geschnitten und zum zweiten Mal gebacken (geröstet) wird, bis es trocken und knusprig ist; haltbare, knusprige Brotscheibe, heute meistens als leicht verdauliche Brotscheiben für Kinder und Kranke, z. B. als Zwiebackbrei

Verwante vertalingen van biscuit



Engels

Uitgebreide vertaling voor biscuit (Engels) in het Frans

biscuit:

biscuit [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the biscuit (cookie; snap; kind of biscuit)
    le biscuit; le gâteau sec; la biscotte
  2. the biscuit (cookie)
    le biscuit; le petit gâteau sec; le gâteau sec; le petit biscuit

Vertaal Matrix voor biscuit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
biscotte biscuit; cookie; kind of biscuit; snap Dutch rusk; biscuit rusk
biscuit biscuit; cookie; kind of biscuit; snap hard tack; ship's biscuit
gâteau sec biscuit; cookie; kind of biscuit; snap
petit biscuit biscuit; cookie
petit gâteau sec biscuit; cookie
- cookie; cooky

Verwante woorden van "biscuit":

  • biscuits

Synoniemen voor "biscuit":


Verwante definities voor "biscuit":

  1. any of various small flat sweet cakes (`biscuit' is the British term)1
  2. small round bread leavened with baking-powder or soda1

Wiktionary: biscuit

biscuit
noun
  1. cookie
  2. form of earthenware
  3. ship's "bread"
biscuit
noun
  1. Ouvrage de porcelaine cuit au four et qu’on laisse dans son blanc mat, sans peinture ni couverte.
  2. Gâteau sec.
  3. gâteau rond et plat.

Cross Translation:
FromToVia
biscuit gâteau koek — voeding|nld een baksel uit de oven met als belangrijkste ingrediënt deeg. Er zijn veel varianten, bijvoorbeeld met chocola, rozijnen of glazuur
biscuit biscuit; gâteau sec Keks — gebackene Süßigkeit
biscuit petit gâteau Plätzchen — kleines, flaches Gebäck
biscuit biscotte; biscuit Zwieback — süßes Brot, das zunächst einmal gebacken (Einback), dann in Scheiben geschnitten und zum zweiten Mal gebacken (geröstet) wird, bis es trocken und knusprig ist; haltbare, knusprige Brotscheibe, heute meistens als leicht verdauliche Brotscheiben für Kinder und Kranke, z. B. als Zwiebackbrei

Verwante vertalingen van biscuit