Frans
Uitgebreide vertaling voor excepté (Frans) in het Engels
excepté:
-
excepté (en dehors de; sauf; à part)
except; except for; with the exception of; outside of; excepting; exclusive of; to the exclusion of; but; save-
except bijvoeglijk naamwoord
-
except for bijvoeglijk naamwoord
-
with the exception of bijvoeglijk naamwoord
-
outside of bijvoeglijk naamwoord
-
excepting bijvoeglijk naamwoord
-
exclusive of bijvoeglijk naamwoord
-
to the exclusion of bijvoeglijk naamwoord
-
but bijwoord
-
save bijvoeglijk naamwoord
-
-
excepté (sauf; mis à part; à part; à l'exception de)
barring; except for; subject to; save-
barring bijvoeglijk naamwoord
-
except for bijvoeglijk naamwoord
-
subject to bijvoeglijk naamwoord
-
save bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor excepté:
Synoniemen voor "excepté":
excepté vorm van excepter:
excepter werkwoord (excepte, exceptes, exceptons, exceptez, exceptent, exceptais, exceptait, exceptions, exceptiez, exceptaient, exceptai, exceptas, excepta, exceptâmes, exceptâtes, exceptèrent, excepterai, excepteras, exceptera, excepterons, excepterez, excepteront)
Conjugations for excepter:
Présent
- excepte
- exceptes
- excepte
- exceptons
- exceptez
- exceptent
imparfait
- exceptais
- exceptais
- exceptait
- exceptions
- exceptiez
- exceptaient
passé simple
- exceptai
- exceptas
- excepta
- exceptâmes
- exceptâtes
- exceptèrent
futur simple
- excepterai
- excepteras
- exceptera
- excepterons
- excepterez
- excepteront
subjonctif présent
- que j'excepte
- que tu exceptes
- qu'il excepte
- que nous exceptions
- que vous exceptiez
- qu'ils exceptent
conditionnel présent
- excepterais
- excepterais
- excepterait
- excepterions
- excepteriez
- excepteraient
passé composé
- ai excepté
- as excepté
- a excepté
- avons excepté
- avez excepté
- ont excepté
divers
- excepte!
- exceptez!
- exceptons!
- excepté
- exceptant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor excepter:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
alienate | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | |
debar | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | |
except | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | |
except from | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | |
exclude | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | |
preclude | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | disqualifier; exclure; radier; rayer |
rule out | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | disqualifier; exclure; radier; rayer |
shut out | chasser; excepter; exclure; refuser la porte; repousser; éliminer | fermer au verrou; verrouiller |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
except | en dehors de; excepté; exepté; sauf; à moins de; à moins que; à part |
Synoniemen voor "excepter":
Wiktionary: excepter
excepter
Cross Translation:
verb
excepter
verb
-
to exclude
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• excepter | → exclude | ↔ uitzonderen — buiten een bepaalde regel plaatsen |