Nombre: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

nombre:
- Anzahl; Quantität; Menge; Zahl; Quantum; Numerus; Nummer; Ziffer; Rangnummer
Wiktionary:
- nombre → Zahl, Anzahl, Numerus, Harst
- nombre → Zahl, Anzahl

Frans

Uitgebreide vertaling voor nombre (Frans) in het Duits

le nombre (quantité; somme)
die Anzahl; die Quantität; die Menge; die Zahl; Quantum
- Anzahl [die ~] zelfstandig naamwoord
- Quantität [die ~] zelfstandig naamwoord
- Menge [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
- Quantum [das ~] zelfstandig naamwoord
le nombre (chiffre; numéro)
die Zahl; der Numerus
- Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
- Numerus [der ~] zelfstandig naamwoord
le nombre (chiffre; numéro)
die Nummer; die Ziffer; die Zahl; die Rangnummer
- Nummer [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ziffer [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zahl [die ~] zelfstandig naamwoord
- Rangnummer [die ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Anzahl	nombre; quantité; somme	dizaine
Menge	nombre; quantité; somme	abondance; accumulation; affluence; amas; amoncellement; assemblage; attroupement; collection; cumul; des tas de gens; ensemble; entassement; foule; grand nombre de gens; grand nombre de personnes; grande quantité; grande quantité de personnes; horde; jeu nommé; masse; meute; monceau; montagne; motte; multitude; multitude de gens; partie; pile; profusion; quantité; quignon; ramas; rassemblement; tas; troupe
Numerus	chiffre; nombre; numéro
Nummer	chiffre; nombre; numéro	attraction; numéro; numéro d'ordre; épisode
Quantität	nombre; quantité; somme	degrée; quantité
Quantum	nombre; quantité; somme	quantité; quantum
Rangnummer	chiffre; nombre; numéro	chiffre ordinal; nombre ordinal; ordinal
Zahl	chiffre; nombre; numéro; quantité; somme	note; note du bulletin
Ziffer	chiffre; nombre; numéro	note; note du bulletin

nombre

noun

(mathématiques) concept mathématique représentant une quantité.
- nombre → Zahl; Anzahl

nombre

noun

kurz für: Anzahl
- Zahl → nombre
Linguistik: Numerus
- Zahl → nombre
Quantität (das Wieviel), numerischer Wert
- Zahl → nombre
Linguistik, speziell Grammatik: Die Zahl oder die Anzahl (Einzahl / Singular beziehungsweise Mehrzahl oder Plural), die Substantiv, die zugehörigen Artikel, Pronomen und Adjektiv und auch die Verb in ihrer jeweiligen [[Flexio
- Numerus → nombre
-
- Harst → quantité; part; foule; nombre; avant-garde; peloton
eine Anzahl: einige; ein gewisser Anteil einer Gesamtzahl
- Anzahl → nombre

Cross Translation:

From	To	Via
• nombre	→ Zahl; Anzahl	↔ number — abstract entity
• nombre	→ Anzahl	↔ number — quantity
• nombre	→ Zahl	↔ getal — (wiskunde, nld) abstracte weergave van een hoeveelheid m.b.v. cijfers en eventueel een komma
• nombre	→ Anzahl	↔ aantal — een telbare hoeveelheid