Overzicht
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. compteur:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor compteur (Frans) in het Duits

compteur:

compteur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le compteur (taximètre)
    der Taxameter; der Fahrpreisanzeiger
  2. le compteur

Vertaal Matrix voor compteur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fahrpreisanzeiger compteur; taximètre
Taxameter compteur; taximètre
Zähler compteur
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Besucherzähler compteur

Synoniemen voor "compteur":


Wiktionary: compteur

compteur
noun
  1. Person, die etwas zählt
  2. Gerät, das etwas zählt
  3. Vorrichtung zur Ermittlung (physikalischer) Größen (häufig wird die gemessene Größe vorangestellt z. B. Geschwindigkeitsmesser)

Cross Translation:
FromToVia
compteur Pult board — device containing electrical switches
compteur Zähler counter — one who counts
compteur Messgerät meter — measuring instrument
compteur Messgerät meter — meetinstrument

Verwante vertalingen van compteur