Ton in het Duits vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

ton:
- dein; dich; dir
- Klang; Laut; Ton; Musiknote; Note; Klangfarbe; Timbre; Tonalität; Tonhöhe; Schattierung; Nuance; Abstufung; Farbgamma; Farbton; Nuancierung; Farbspektrum; Farbenstufe; Farbskala; Intonation; Modulierung der Stimme
Wiktionary:
- ton → dein, deinig, euer, eurige, Ihr, Tonhöhe, Tonlage, Farbton, deine, Ton, Ihre
- ton → Stimmung, Gestimmtsein, Einstellung, Gemütslage, Ton, Kammerton

Frans

Uitgebreide vertaling voor ton (Frans) in het Duits

ton:

ton bijvoeglijk naamwoord

ton (ta; tes)
dein; dich; dir
- dein bijvoeglijk naamwoord
- dich bijvoeglijk naamwoord
- dir bijvoeglijk naamwoord

ton [le ~] zelfstandig naamwoord

le ton (son; sonorité; voix; timbre; musique; teinte; note; accent)
der Klang; der Laut; der Ton
- Klang [der ~] zelfstandig naamwoord
- Laut [der ~] zelfstandig naamwoord
- Ton [der ~] zelfstandig naamwoord
le ton (note de musique)
der Ton; die Musiknote; die Note; der Klang
- Ton [der ~] zelfstandig naamwoord
- Musiknote [die ~] zelfstandig naamwoord
- Note [die ~] zelfstandig naamwoord
- Klang [der ~] zelfstandig naamwoord
le ton (timbre; son; voix; musique; sonorité; teinte; note; accent)
die Klangfarbe; Timbre
- Klangfarbe [die ~] zelfstandig naamwoord
- Timbre [das ~] zelfstandig naamwoord
le ton (tonalité; mode)
die Tonalität
- Tonalität [die ~] zelfstandig naamwoord
le ton (hauteur tonale; tonée)
die Tonhöhe; der Ton
- Tonhöhe [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ton [der ~] zelfstandig naamwoord
le ton (nuance de couleur; nuance; teinte; tonalité)
die Schattierung; die Nuance; die Abstufung; Farbgamma; der Farbton; die Nuancierung; Farbspektrum; die Farbenstufe; die Farbskala
- Schattierung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Nuance [die ~] zelfstandig naamwoord
- Abstufung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Farbgamma [das ~] zelfstandig naamwoord
- Farbton [der ~] zelfstandig naamwoord
- Nuancierung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Farbspektrum [das ~] zelfstandig naamwoord
- Farbenstufe [die ~] zelfstandig naamwoord
- Farbskala [die ~] zelfstandig naamwoord
le ton (inflexion de la voix; composition; cadence; intonation; accent)
die Intonation; die Modulierung der Stimme
- Intonation [die ~] zelfstandig naamwoord
- Modulierung der Stimme [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ton:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Abstufung	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	index; jeu des couleurs; liste; nuance; table; tableau
Farbenstufe	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	gamme; spectre solaire; éventail de couleurs
Farbgamma	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	gamme; gamme de couleurs; spectre solaire; éventail de couleurs
Farbskala	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	gamme; gamme de couleurs; octave; spectre solaire; échelle; échelle des sons; éventail de couleurs
Farbspektrum	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	gamme; gamme de couleurs; octave; spectre des couleurs; spectre solaire; échelle; échelle des sons; éventail de couleurs
Farbton	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	gamme; spectre solaire; teinte; éventail de couleurs
Intonation	accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
Klang	accent; musique; note; note de musique; son; sonorité; teinte; timbre; ton; voix
Klangfarbe	accent; musique; note; son; sonorité; teinte; timbre; ton; voix	timbre; timbre sonore
Laut	accent; musique; note; son; sonorité; teinte; timbre; ton; voix
Modulierung der Stimme	accent; cadence; composition; inflexion de la voix; intonation; ton
Musiknote	note de musique; ton
Note	note de musique; ton	note; note de musique; nuance
Nuance	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité
Nuancierung	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	action de nuancer; jeu des couleurs; nuance
Schattierung	nuance; nuance de couleur; teinte; ton; tonalité	jeu des couleurs; nuance; ombre
Timbre	accent; musique; note; son; sonorité; teinte; timbre; ton; voix	timbre; timbre sonore
Ton	accent; hauteur tonale; musique; note; note de musique; son; sonorité; teinte; timbre; ton; tonée; voix	allocution; argile; audio; avant-propos; conférence; discours; déclamation; exposé; introduction; prologue; préface; speech; terre glaise; élocution
Tonalität	mode; ton; tonalité
Tonhöhe	hauteur tonale; ton; tonée
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dich		te; toi
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dein	ta; tes; ton	te; tu; à toi
dich	ta; tes; ton	te; tu; à toi
dir	ta; tes; ton	te; tu; à toi

Synoniemen voor "ton":

accent; intonation; inflexion; cri; couleur; peinture; teinte; nuance; tonalité; coloration; coloris; diapason; accord; niveau; registre; accentuation; répertoire; son; timbre; bruit; éclat; sonorité; résonance; sien; à lui; à elle; style; forme; écriture; plume; élocution; expression; langage; tour; tournure; tien; à toi; note; voix; organe; gorge; chant; parole

Wiktionary: ton

ton

-
- ton → dein; deinig; euer; eurige; Ihr

noun

son d’une certaine fréquence.
- ton → Stimmung; Gestimmtsein; Einstellung; Gemütslage; Ton

ton

Form des Possessivpronomens „dein, deine, dein“: Zeigt den Besitz, das Eigentum oder die Zugehörigkeit einer Person bzw. Sache zu einer dem Sprecher direkt gegenüberstehenden Person, Sache an
- dein → ton

noun

Abstufung einer Farbe
- Ton → ton
akustischer Begriff, Klang, Laut
- Ton → ton
Musik: der gemeinsame Ton, auf den die Instrumente einer Musikgruppe eingestimmt werden
- Kammerton → la du diapason; ton

Cross Translation:

From	To	Via
• ton	→ dein	↔ jouw — informeel\|nld van jou
• ton	→ Tonhöhe; Tonlage	↔ pitch — the perceived frequency of a sound or note
• ton	→ Farbton	↔ shade — variety of color
• ton	→ dein; deine	↔ thy — possessive determiner
• ton	→ Ton	↔ tone — specific pitch, quality and duration; a note
• ton	→ Ton	↔ tone — pitch of a word that distinguishes a difference in meaning
• ton	→ dein; deine; Ihr; Ihre	↔ your — belonging to you (singular; one owner)

Verwante vertalingen van ton

Remove Ads

Vertaal ton van Frans naar Duits

Uitgebreide vertaling voor ton (Frans) in het Duits

ton:

ton bijvoeglijk naamwoord

ton (ta; tes)

ton [le ~] zelfstandig naamwoord

le ton (son; sonorité; voix; timbre; musique; teinte; note; accent)

le ton (note de musique)

le ton (timbre; son; voix; musique; sonorité; teinte; note; accent)

le ton (tonalité; mode)

le ton (hauteur tonale; tonée)

le ton (nuance de couleur; nuance; teinte; tonalité)

le ton (inflexion de la voix; composition; cadence; intonation; accent)

Vertaal Matrix voor ton:

Synoniemen voor "ton":

Wiktionary: ton

Verwante vertalingen van ton