Frans
Uitgebreide vertaling voor subjectif (Frans) in het Duits
subjectif:
-
subjectif (personnel; subjectivement)
persönlich; personenabhängig; subjectiv; relativ gesehen-
persönlich bijvoeglijk naamwoord
-
personenabhängig bijvoeglijk naamwoord
-
subjectiv bijvoeglijk naamwoord
-
relativ gesehen bijvoeglijk naamwoord
-
-
subjectif (relatif; relativement; subjectivement)
relativ; verhältnismäßig; ziemlich; vergleichend-
relativ bijvoeglijk naamwoord
-
verhältnismäßig bijvoeglijk naamwoord
-
ziemlich bijvoeglijk naamwoord
-
vergleichend bijvoeglijk naamwoord
-
-
subjectif (personnel)
persönlich-
persönlich bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor subjectif:
Synoniemen voor "subjectif":
Wiktionary: subjectif
subjectif
adjective
-
von persönlichen Gefühlen, Meinungen oder Vorurteilen bestimmt; beeinflusst, unsachlich; im Bezug zu der Perspektive eines Subjektes