Scandale in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

scandale:
- Skandal; Schandtat; skandalöse Tat; Schande; skandalösee Tat; Tamtam; Klamauk
Wiktionary:
- scandale → Ärgernis, Skandal
- scandale → Skandal

Frans

Uitgebreide vertaling voor scandale (Frans) in het Duits

le scandale (ignominie; honte; infamie)
der Skandal
- Skandal [der ~] zelfstandig naamwoord
le scandale (infamie; honte; ignominie; déshonneur; acte honteux; acte déshonorant)
die Schandtat; die skandalöse Tat
- Schandtat [die ~] zelfstandig naamwoord
- skandalöse Tat [die ~] zelfstandig naamwoord
le scandale (charivari; déshonneur; honte; infamie; ignominie; indécence)
die Schande; der Skandal
- Schande [die ~] zelfstandig naamwoord
- Skandal [der ~] zelfstandig naamwoord
le scandale (action scandaleuse; honte; infamie; comportement scandalleux)
die Schandtat; die skandalösee Tat
- Schandtat [die ~] zelfstandig naamwoord
- skandalösee Tat [die ~] zelfstandig naamwoord
le scandale (tapage; esclandre; tam-tam)
Tamtam; der Klamauk
- Tamtam [das ~] zelfstandig naamwoord
- Klamauk [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Klamauk	esclandre; scandale; tam-tam; tapage
Schande	charivari; déshonneur; honte; ignominie; indécence; infamie; scandale	calomnie; diffamation; déshonneur; infamie; insulte; libellé; moquerie; outrage; raillerie; ricanement; rire de dérision; rire moqueur
Schandtat	acte déshonorant; acte honteux; action scandaleuse; comportement scandalleux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
Skandal	charivari; déshonneur; honte; ignominie; indécence; infamie; scandale	brouhaha; bruit; chahut; tapage; tumulte; vacarme
Tamtam	esclandre; scandale; tam-tam; tapage
skandalöse Tat	acte déshonorant; acte honteux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
skandalösee Tat	action scandaleuse; comportement scandalleux; honte; infamie; scandale

scandale

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• scandale	→ Skandal	↔ scandal — incident that brings disgrace