Overzicht
Frans naar Duits: Meer gegevens...
- restreint:
- restreindre:
-
Wiktionary:
- restreint → begrenzt
- restreindre → einschränken, beschränken
- restreindre → beschränken, kürzen, drosseln, beschneiden, abgrenzen, begrenzen, eingrenzen, schmälern, kappen
Frans
Uitgebreide vertaling voor restreint (Frans) in het Duits
restreint:
-
restreint (à côté; tout près de; près de; proche de; proche; près; au-dessus; voisin; avoisinant)
in-der-Nähe; nahe; naheliegend; dicht; nah; knapp; eng-
in-der-Nähe bijvoeglijk naamwoord
-
nahe bijvoeglijk naamwoord
-
naheliegend bijvoeglijk naamwoord
-
dicht bijvoeglijk naamwoord
-
nah bijvoeglijk naamwoord
-
knapp bijvoeglijk naamwoord
-
eng bijvoeglijk naamwoord
-
-
restreint (apte à être écrit d'un côté; borné; limité; délimité; réduit)
zn einer Seite beschriftbar; bedingt; beschränkt; begrenzt-
zn einer Seite beschriftbar bijvoeglijk naamwoord
-
bedingt bijvoeglijk naamwoord
-
beschränkt bijvoeglijk naamwoord
-
begrenzt bijvoeglijk naamwoord
-
-
restreint (limité; réduit; borné; délimité)
-
restreint (limité; réduit; délimité)
begrenzt; beschränkt; limitiert; bedingt-
begrenzt bijvoeglijk naamwoord
-
beschränkt bijvoeglijk naamwoord
-
limitiert bijvoeglijk naamwoord
-
bedingt bijvoeglijk naamwoord
-
-
restreint (étroit; serré; petit; étouffé; ténu; étroitement; limité; étouffant; pressant; petitement)
-
restreint (avec peu d'espace; étroit; serré; étroitement; petitement; juste; tout juste)
eng; knapp; schmal; mit wenig Platz-
eng bijvoeglijk naamwoord
-
knapp bijvoeglijk naamwoord
-
schmal bijvoeglijk naamwoord
-
mit wenig Platz bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor restreint:
Synoniemen voor "restreint":
Wiktionary: restreint
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• restreint | → begrenzt | ↔ restricted — limited within bounds |
restreindre:
restreindre werkwoord (restreins, restreint, restreignons, restreignez, restreignent, restreignais, restreignait, restreignions, restreigniez, restreignaient, restreignis, restreignit, restreignîmes, restreignîtes, restreignirent, restreindrai, restreindras, restreindra, restreindrons, restreindrez, restreindront)
-
restreindre (limiter; borner; entourer; délimiter; tailler; clôturer)
beschränken; limitieren; begrenzen; einschränken; abgrenzen; eindämmen; beschneiden; absperren; umzäunen; einsäumen; abzäunen-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
-
restreindre (limiter; borner; délimiter)
beschränken; begrenzen; einschränken; eindämmen; limitieren-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
-
restreindre (délimiter; contenir; limiter; borner; mettre des limites à)
begrenzen; beschränken; einschränken; eindämmen-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
Conjugations for restreindre:
Présent
- restreins
- restreins
- restreint
- restreignons
- restreignez
- restreignent
imparfait
- restreignais
- restreignais
- restreignait
- restreignions
- restreigniez
- restreignaient
passé simple
- restreignis
- restreignis
- restreignit
- restreignîmes
- restreignîtes
- restreignirent
futur simple
- restreindrai
- restreindras
- restreindra
- restreindrons
- restreindrez
- restreindront
subjonctif présent
- que je restreigne
- que tu restreignes
- qu'il restreigne
- que nous restreignions
- que vous restreigniez
- qu'ils restreignent
conditionnel présent
- restreindrais
- restreindrais
- restreindrait
- restreindrions
- restreindriez
- restreindraient
passé composé
- ai restreint
- as restreint
- a restreint
- avons restreint
- avez restreint
- ont restreint
divers
- restreins!
- restreignez!
- restreignons!
- restreint
- restreignant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor restreindre:
Synoniemen voor "restreindre":
Wiktionary: restreindre
restreindre
Cross Translation:
verb
restreindre
-
Ramener à des limites plus étroites.
- restreindre → einschränken; beschränken
-
Se restreindre.
- restreindre → einschränken
verb
-
Schranken setzen, Grenzen setzen, eingrenzen
-
(reflexiv) sich Schranken setzen, sich bescheiden
-
einschränken, einengen; begrenzen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• restreindre | → beschränken; kürzen; drosseln; beschneiden | ↔ curtail — to limit or restrict |
• restreindre | → abgrenzen; begrenzen; eingrenzen | ↔ restrain — to restrict or limit |
• restreindre | → beschränken | ↔ restrict — to restrain within bounds |
• restreindre | → schmälern; beschneiden; kappen; kürzen | ↔ besnoeien — in aantal doen verminderen |