Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Vertaal manchot

Vertaal manchot van Frans naar Duits

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

manchot:
- einhändig
- Schuster; Stümper; Pfuscher
Wiktionary:
- manchot → einarmig, unbeholfen, tollpatschig, ungeschickt
- manchot → Einarmiger, Pinguin
- manchot → Pinguin

Frans

Uitgebreide vertaling voor manchot (Frans) in het Duits

manchot:

manchot bijvoeglijk naamwoord

manchot
einhändig
- einhändig bijvoeglijk naamwoord

manchot [le ~] zelfstandig naamwoord

le manchot (maladroit; colificheur; bousilleur; andouille; drôle de type; brimborion; chiffon; loque; empoté; gaffeur; pauvre diable; pauvre type)
der Schuster; der Stümper; der Pfuscher
- Schuster [der ~] zelfstandig naamwoord
- Stümper [der ~] zelfstandig naamwoord
- Pfuscher [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor manchot:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Pfuscher	andouille; bousilleur; brimborion; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; gaffeur; loque; maladroit; manchot; pauvre diable; pauvre type	amateur; bousilleur; bousilleurs; bricoleur; charlatan; gâte-métier; manches; minus; pantes
Schuster	andouille; bousilleur; brimborion; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; gaffeur; loque; maladroit; manchot; pauvre diable; pauvre type	cordonnier; cordonniers
Stümper	andouille; bousilleur; brimborion; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; gaffeur; loque; maladroit; manchot; pauvre diable; pauvre type	abruti; amateur; bousilleur; bousilleurs; bricoleur; bêta; charlatan; crétin; gros bêta; gros malin; gâte-métier; idiot; imbécile; malheureux; manches; menuisier qui travaille au riflard; minus; niais; nigaud; noix; nouille; pantes; pauvre bougre; pauvre diable; pauvre malheureux; pauvre type; sot; tête d'oeuf; tête de veau; âne
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
einhändig	manchot

Synoniemen voor "manchot":

estropié; amputé; éclopé; handicapé; impotent; infirme; mutilé; unijambiste; gorfou; pingouin; manche; guillemot

Wiktionary: manchot

manchot

adjective

privé d’un membre antérieur
- manchot → einarmig
maladroit
- manchot → unbeholfen; tollpatschig; ungeschickt

noun

personne à laquelle il manque un bras
- manchot → Einarmiger
zoologie|nocat=1 Oiseau palmipède marin de l’hémisphère sud, notamment de l’Antarctique, très bon nageur, aux petites pattes et aux ailes très petites servant de nageoires, ce qui le rend incapable de voler.
- manchot → Pinguin

manchot

noun

flugunfähiger Seevogel
- Pinguin → manchot

Cross Translation:

From	To	Via
• manchot	→ Pinguin	↔ penguin — flightless sea bird