Manches in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

manches:
- Stiele; Deichseln; Stümper; Pfuscher; Mienen; Gruben; Schächte; Mienenschächte

Frans

Uitgebreide vertaling voor manches (Frans) in het Duits

le manches (tiges; puits; verges; timon)
die Stiele; die Deichseln
- Stiele [die ~] zelfstandig naamwoord
- Deichseln [die ~] zelfstandig naamwoord
le manches (pantes; minus; bousilleurs)
der Stümper; der Pfuscher
- Stümper [der ~] zelfstandig naamwoord
- Pfuscher [der ~] zelfstandig naamwoord
le manches (puits de mine; puits; mines; fosses)
die Mienen; die Gruben; der Schächte; der Mienenschächte
- Mienen [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gruben [die ~] zelfstandig naamwoord
- Schächte [der ~] zelfstandig naamwoord
- Mienenschächte [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Deichseln	manches; puits; tiges; timon; verges
Gruben	fosses; manches; mines; puits; puits de mine
Mienen	fosses; manches; mines; puits; puits de mine
Mienenschächte	fosses; manches; mines; puits; puits de mine
Pfuscher	bousilleurs; manches; minus; pantes	amateur; andouille; bousilleur; bricoleur; brimborion; charlatan; chiffon; colificheur; drôle de type; empoté; gaffeur; gâte-métier; loque; maladroit; manchot; pauvre diable; pauvre type
Schächte	fosses; manches; mines; puits; puits de mine
Stiele	manches; puits; tiges; timon; verges
Stümper	bousilleurs; manches; minus; pantes	abruti; amateur; andouille; bousilleur; bricoleur; brimborion; bêta; charlatan; chiffon; colificheur; crétin; drôle de type; empoté; gaffeur; gros bêta; gros malin; gâte-métier; idiot; imbécile; loque; maladroit; malheureux; manchot; menuisier qui travaille au riflard; niais; nigaud; noix; nouille; pauvre bougre; pauvre diable; pauvre malheureux; pauvre type; sot; tête d'oeuf; tête de veau; âne