Genre in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

genre:
- Sorte; Typ; Art; Gattung; Schlag; Naturbezüge; Methode; Genre
Wiktionary:
- genre → Geschlecht, Gattung, Abart, Art, Schlag, Sorte, Spezies, Genus, Genre
- genre → Geschlecht, Genre, Gattung, Sorte, Art, Typ, Gender

Frans

Uitgebreide vertaling voor genre (Frans) in het Duits

le genre (type; sorte; catégorie; espèce; classe; subdivision)
die Sorte; der Typ; die Art; die Gattung
- Sorte [die ~] zelfstandig naamwoord
- Typ [der ~] zelfstandig naamwoord
- Art [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gattung [die ~] zelfstandig naamwoord
le genre (espèce; race; variété)
die Sorte; der Schlag; die Art
- Sorte [die ~] zelfstandig naamwoord
- Schlag [der ~] zelfstandig naamwoord
- Art [die ~] zelfstandig naamwoord
le genre (sorte; nature)
der Naturbezüge
- Naturbezüge [der ~] zelfstandig naamwoord
le genre (méthode; manière; façon; procédure; procédé; ligne de conduite)
die Methode; die Art
- Methode [die ~] zelfstandig naamwoord
- Art [die ~] zelfstandig naamwoord
le genre (subdivision; catégorie; classe; type; sorte; espèce)
die Sorte; die Gattung
- Sorte [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gattung [die ~] zelfstandig naamwoord
le genre
Genre
- Genre

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Art	catégorie; classe; espèce; façon; genre; ligne de conduite; manière; méthode; procédure; procédé; race; sorte; subdivision; type; variété	buste; caractère; clan; disposition; esprit; humeur; nature; peuplade; poitrine; qualité; tempérament; tribu; âme; état d'âme
Gattung	catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type	clan; domaine; peuplade; sexe; tribu
Methode	façon; genre; ligne de conduite; manière; méthode; procédure; procédé	approche; ligne de conduite; méthode; méthode de travail; procédé
Naturbezüge	genre; nature; sorte
Schlag	espèce; genre; race; variété	baffe; beigne; boum; butoir; cahot; choc; claque; concierge; coup; coup de poing; coup de pouce; coup dur; flash; floc; foudre; gardien d'immeuble; gifle; heurt; impulsion; jambes cloches; pain; petit coup; pigeonnier; plouf; portier; poussée; tape; torgnole; éclair
Sorte	catégorie; classe; espèce; genre; race; sorte; subdivision; type; variété
Typ	catégorie; classe; espèce; genre; sorte; subdivision; type	gaillard; gars; homme; mec; type
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Genre	genre

genre

noun

genre

noun

allgemein: die besondere Art einer Gattung
- Spezies → genre; sorte
Grammatik: Genus
- Geschlecht → genre
Biologie: Gattung (Hierarchische Klassifizierungsstufe von Lebewesen in der biologischen Taxonomie, unterhalb der Familia (dt.: Familie) und oberhalb der Species (Art))
- Genus → genre
Linguistik: Geschlecht (im Deutschen grammatische Kategorie von Substantiven, Adjektiven, Artikeln, Pronomen und Verben)
- Genus → genre
Kunstrichtung im allgemeinen (nicht stilistischen) Sinne
- Genre → genre
eine Art im generellen Sinn
- Gattung → genre
Biologie, Systematik: taxonomische Kategorie, die einander sehr nahestehende Arten zusammenfasst
- Gattung → genre
allgemein: eine Gruppe aus einer Gesamtheit, die sich durch besondere Merkmale auszeichnen
- Art → sorte; genre

Cross Translation:

From	To	Via
• genre	→ Geschlecht	↔ gender — grammar: division of nouns and pronouns
• genre	→ Geschlecht	↔ gender — obsolete: division between classes or kinds
• genre	→ Genre	↔ genre — kind; type; sort
• genre	→ Gattung	↔ genus — rank in a taxonomic classification between family and species
• genre	→ Gattung	↔ genus — taxon at this rank
• genre	→ Sorte; Art	↔ kind — type, race, category
• genre	→ Art; Sorte	↔ sort — type
• genre	→ Art; Typ	↔ type — grouping based on shared characteristics
• genre	→ Gattung	↔ geslacht — (biologisch) genus
• genre	→ Gender	↔ gender — sekse