Fermoir in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

fermoir:
- Abschlußklappe; Teig; Abschliessen; Schliessen; Dichten; Abdichten; Schnappverschluß; Schnappschloß; Türriegel
Wiktionary:
- fermoir → Agraffe, Spange, Häkchen, Klammer, Heftel, Drahthaken, Falz
- fermoir → Spange, Griff

Frans

Uitgebreide vertaling voor fermoir (Frans) in het Duits

le fermoir
die Abschlußklappe
- Abschlußklappe [die ~] zelfstandig naamwoord
le fermoir (pâte; saisie; garniture; ferrure; armature)
der Teig
- Teig [der ~] zelfstandig naamwoord
le fermoir (fermeture; clôture; verrouillage; barrage)
Abschliessen; Schliessen; Dichten; Abdichten
- Abschliessen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schliessen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Dichten [das ~] zelfstandig naamwoord
- Abdichten [das ~] zelfstandig naamwoord
le fermoir (targette)
der Schnappverschluß; Schnappschloß
- Schnappverschluß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schnappschloß [das ~] zelfstandig naamwoord
le fermoir (loquet; verrou; targette)
der Türriegel
- Türriegel [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Abdichten	barrage; clôture; fermeture; fermoir; verrouillage	fermeture; verrouillage
Abschliessen	barrage; clôture; fermeture; fermoir; verrouillage	fermeture; fermeture du magasin; verrouillage; verrouillage du magasin
Abschlußklappe	fermoir	clapet; soupape; valve operculaire
Dichten	barrage; clôture; fermeture; fermoir; verrouillage	fait de faire des vers; fermeture; poésie; verrouillage
Schliessen	barrage; clôture; fermeture; fermoir; verrouillage
Schnappschloß	fermoir; targette
Schnappverschluß	fermoir; targette	collier de fermeture
Teig	armature; fermoir; ferrure; garniture; pâte; saisie	baume épaisse; pommade; pâte
Türriegel	fermoir; loquet; targette; verrou

fermoir

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• fermoir	→ Spange; Griff	↔ clasp — fastener or holder