Facteur in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

facteur:
- Postbote; Kurier; Briefträger; Zusteller; Eilbote; Laufjunge; Bote; Laufbursche; Faktor; Element
Wiktionary:
- facteur → Postbote, Moment, Faktor, Briefträger
- facteur → Koeffizient, Faktor, Briefträger, Briefträgerin, Briefzustellerin, Briefzusteller, Postbotin, Postbote, Zusteller, Zustellerin, Postmann

Frans

Uitgebreide vertaling voor facteur (Frans) in het Duits

le facteur
der Postbote; der Kurier; der Briefträger; der Zusteller; der Eilbote; der Laufjunge; der Bote; der Laufbursche
- Postbote [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kurier [der ~] zelfstandig naamwoord
- Briefträger [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zusteller [der ~] zelfstandig naamwoord
- Eilbote [der ~] zelfstandig naamwoord
- Laufjunge [der ~] zelfstandig naamwoord
- Bote [der ~] zelfstandig naamwoord
- Laufbursche [der ~] zelfstandig naamwoord
le facteur
der Faktor
- Faktor [der ~] zelfstandig naamwoord
le facteur (élément; composant)
der Faktor; Element
- Faktor [der ~] zelfstandig naamwoord
- Element [das ~] zelfstandig naamwoord
le facteur (livreur; porteur)
der Kurier; der Zusteller; der Bote; der Eilbote; der Laufbursche; der Laufjunge
- Kurier [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zusteller [der ~] zelfstandig naamwoord
- Bote [der ~] zelfstandig naamwoord
- Eilbote [der ~] zelfstandig naamwoord
- Laufbursche [der ~] zelfstandig naamwoord
- Laufjunge [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Bote	facteur; livreur; porteur	avant-courrier; messager; messagère; signe avant-coureur; signe précurseur
Briefträger	facteur	facteurs
Eilbote	facteur; livreur; porteur	courrier; courrier spécial; coursier; estafette; garçon de courses; garçon-livreur; messager
Element	composant; facteur; élément	action; artefact; branche; catégorie; composant; fraction; groupe parlementaire; ingrédient; ingrédient de base; membre; membre de dimension; morceau; part; partie; portion; ration; rayon; section; segment; titre; élément; élément Outlook; élément de base
Faktor	composant; facteur; élément
Kurier	facteur; livreur; porteur	courrier; courrier spécial; coursier; estafette; garçon de courses; garçon-livreur; messager
Laufbursche	facteur; livreur; porteur	apprenti menuisier; commissionnaire; coursier
Laufjunge	facteur; livreur; porteur	commissionnaire; coursier
Postbote	facteur
Zusteller	facteur; livreur; porteur

facteur

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• facteur	→ Koeffizient	↔ coefficient — algebraic constant
• facteur	→ Faktor	↔ factor — mathematical sense
• facteur	→ Briefträger; Briefträgerin; Briefzustellerin; Briefzusteller; Postbotin; Postbote; Zusteller; Zustellerin	↔ letter carrier — post office employee
• facteur	→ Zusteller; Briefzusteller; Postbote; Postmann; Briefträger	↔ mailman — post office employee
• facteur	→ Faktor	↔ factor — meewerkende oorzaak
• facteur	→ Koeffizient	↔ coëfficiënt — een constante factor van een onbekende of van een veranderlijke grootheid