Détail in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

détail:
- Besonderheit; Eigenart; Sonderbarkeit; Nebensache; Detail; Kleinigkeit; Einzelheit
Wiktionary:
- détail → Detail, Einzelheit, Nebensächlichkeit
- détail → Aufschlüsselung, Einzelheit, Detail, Punkt, Zeitpunkt

Frans

Uitgebreide vertaling voor détail (Frans) in het Duits

le détail (particularité; spécificité; singularité)
die Besonderheit; die Eigenart; die Sonderbarkeit
- Besonderheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Eigenart [die ~] zelfstandig naamwoord
- Sonderbarkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
le détail (fait accessoire; à-côté)
die Nebensache
- Nebensache [die ~] zelfstandig naamwoord
le détail (fait accessoire)
Detail; die Kleinigkeit; die Einzelheit; die Nebensache
- Detail [das ~] zelfstandig naamwoord
- Kleinigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Einzelheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Nebensache [die ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Besonderheit	détail; particularité; singularité; spécificité	bizarrerie; caractère; caractérisation; caractéristique; curiosité; excentricité; indice; individualité; marque; particularité; propriété; qualité; singularité; spécialité; spécificité; trait; trait curieux; trait distinctif
Detail	détail; fait accessoire
Eigenart	détail; particularité; singularité; spécificité	bizarrerie; caractère; caractérisation; caractéristique; curiosité; excentricité; indice; individualité; marque; particularité; propriété; qualité; singularité; trait; trait curieux; trait de caractère; trait distinctif
Einzelheit	détail; fait accessoire
Kleinigkeit	détail; fait accessoire	babiole; badinage; bagatelle; blague; bouffonnerie; boutade; bêtise; chose sans importance; cocasserie; déraison; folie; futilité; idiotie; jeu d'enfant; petit cadeau; petite chose; plaisanterie; raillerie; rien; rien du tout; rigolade; sottise; stupidité; trait d'esprit
Nebensache	détail; fait accessoire; à-côté
Sonderbarkeit	détail; particularité; singularité; spécificité	bizarrerie; curiosité; excentricité; individualité; particularité; singularité; trait curieux

détail

noun

détail

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• détail	→ Aufschlüsselung	↔ breakdown — listing or categorization in great detail
• détail	→ Einzelheit; Detail	↔ detail — something small enough to escape casual notice
• détail	→ Detail	↔ detail — something considered trivial enough to ignore
• détail	→ Punkt; Zeitpunkt	↔ point — particular moment in an event or occurrence
• détail	→ Detail	↔ detail — onderdeel, kleinigheid