Frans

Uitgebreide vertaling voor cris (Frans) in het Duits

cris:

cris [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le cris (hurlements)
    der Schreien
    • Schreien [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. le cris (cris perçants; clameur; criailleries; criaillement; cris stridents)
    Geschrei; Gebrüll; Gekreisch
  3. le cris
    Johlen
    • Johlen [das ~] zelfstandig naamwoord
  4. le cris (appel; cri)
    der Ruf; der Schrei; Rufen; Schreien
    • Ruf [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Schrei [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Rufen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Schreien [das ~] zelfstandig naamwoord
  5. le cris (vagissement; pleurs)
    Geschrei
    • Geschrei [das ~] zelfstandig naamwoord
  6. le cris (slogans; devises)
    der Sprüche; der Wahlsprüche
  7. le cris (slogans)
    die Slogans; die Sprüche; die Wahlsprüche
  8. le cris (voix criarde; cris perçant)
    Schmettern; Geschmetter

Vertaal Matrix voor cris:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gebrüll clameur; criaillement; criailleries; cris; cris perçants; cris stridents beuglement; bousculade; braillement; bruit; chahut; charivari; cohue; criailleries; cris percants; cris perçants; effervescence; fracas; glapissements; grondement; hurlement; hurlements; meuglement; mugissement; piaulement; presse; roulement; rugissement; tonnerre; tumulte; vacarme; vociférations; émoi
Gekreisch clameur; criaillement; criailleries; cris; cris perçants; cris stridents beuglement; braillement; bruit; criailleries; cris perçants; fracas; hurlement; hurlements; mugissement; piaulement; rugissement; tumulte; vacarme
Geschmetter cris; cris perçant; voix criarde ban; clairons; fanfare; flonflons; son des trompettes; son du clairon; son du cor
Geschrei clameur; criaillement; criailleries; cris; cris perçants; cris stridents; pleurs; vagissement beuglement; braillement; bruit; chamaillerie; clameur; criailleries; cris percants; disputes; fracas; glapissements; histoires; hurlement; hurlements; mugissement; piaulement; querelles; rugissement; tumulte; vacarme
Johlen cris hurlement; hurlements; huées; moquerie; raillerie; ricanement; rire de dérision; rire moqueur; rugissement; vociférations
Ruf appel; cri; cris appel; attrait; bonne réputation; considération; convocation; cri; exclamation; hurlement; nom; notoriété; prestige; renommée; réputation
Rufen appel; cri; cris appel; attrait
Schmettern cris; cris perçant; voix criarde ban; clairons; détonation; fanfare; flonflons; son des trompettes; son du clairon; son du cor
Schrei appel; cri; cris appel; attrait; cri; exclamation; hurlement; nom; notoriété; prestige; réputation
Schreien appel; cri; cris; hurlements appel; attrait; beuglement; braillement; bruit; criailleries; fracas; hurlement; hurlements; mugissement; piaulement; rugissement; tumulte; vacarme; vociférations
Slogans cris; slogans
Sprüche cris; devises; slogans maximes; paroles; prononciations
Wahlsprüche cris; devises; slogans devises

Synoniemen voor "cris":


Verwante vertalingen van cris