Overzicht
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. château:
  2. Wiktionary:
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. château:


Frans

Uitgebreide vertaling voor château (Frans) in het Duits

château:

château [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le château (citadelle; forteresse; bastion; )
    Burgschloß; Ritterschloß; die Burg
  2. le château (citadelle; fort; château fort; forteresse)
    der Schloß; Fort; Ritterschloß; Burgschloß; die Burg; die Zitadelle

Vertaal Matrix voor château:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Burg bastion; château; château fort; citadelle; fort; forteresse; palais
Burgschloß bastion; château; château fort; citadelle; fort; forteresse; palais cadenas de vélo; serrure
Fort château; château fort; citadelle; fort; forteresse bastion; cadenas de vélo; citadelle; forteresse; fortification; rempart; renforcement; serrure
Ritterschloß bastion; château; château fort; citadelle; fort; forteresse; palais cadenas de vélo; serrure
Schloß château; château fort; citadelle; fort; forteresse serrure; serrure de porte; verrou
Zitadelle château; château fort; citadelle; fort; forteresse citadelle

Synoniemen voor "château":


Wiktionary: château

château
noun
  1. Forteresse entourée de tours et de bastions
château
noun
  1. Pl.1 prunkvolles und repräsentatives Wohngebäude, meistens von Adelsfamilien
  2. französisches Schloss
  3. mittelalterlicher, befestigter Wohn- und Verteidigungsbau

Cross Translation:
FromToVia
château Burg; Festung; Schloss castle — fortified building
château Kastell; Schloss slot — een middeleeuwse versterkte woning

Verwante vertalingen van château



Duits

Uitgebreide vertaling voor château (Duits) in het Frans

Chateau:


Synoniemen voor "Chateau":


Wiktionary: Chateau

Chateau
noun
  1. französisches Schloss