Accouplement: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

accouplement:
- Ankuppeln; Kopplung; Kombination; Verbindung; Zusammenschluß; Zusammenfügung
Wiktionary:
- accouplement → Union
- accouplement → Paarung, Begattung

Frans

Uitgebreide vertaling voor accouplement (Frans) in het Duits

accouplement:

accouplement [le ~] zelfstandig naamwoord

l'accouplement (embrayage; raccordement; enclenchement)
Ankuppeln
- Ankuppeln [das ~] zelfstandig naamwoord
l'accouplement (connexion; jonction; liaison; raccord; combinaison; assemblage)
die Kopplung; die Kombination; die Verbindung; der Zusammenschluß; die Zusammenfügung
- Kopplung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kombination [die ~] zelfstandig naamwoord
- Verbindung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammenschluß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammenfügung [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor accouplement:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Ankuppeln	accouplement; embrayage; enclenchement; raccordement
Kombination	accouplement; assemblage; combinaison; connexion; jonction; liaison; raccord	combinaison; costards; ensemble; ensembles
Kopplung	accouplement; assemblage; combinaison; connexion; jonction; liaison; raccord	assemblage; combinaison; jonction; jumelage; liaison; rapports; relation; relation amoureuse; réunion; union
Verbindung	accouplement; assemblage; combinaison; connexion; jonction; liaison; raccord	Raccordement; accessibilité; accord de coopération; affinité; alliance; analogie; assemblage; association; association d'étudiants; assujétissement; cercle; chaînon; club; coalition; cohérence; cohésion; collaboration; combinaison; communauté; communication; compagnie; confrérie; confédération; congrégation; connectivité; connexion; consistance; contact; convention; corporation; corrélation; entente; fiançailles; fraternité; fédération; interaction; interface; joint; jonction; le rapport; liaison; lien; ligne téléphonique; ligue; manque de liberté; pacte; parenté; raccord; rapport; rapports; relation; relation amoureuse; réciprocité; réunion; société; solidarité; soudure; sujétion; syndicat; traité; union
Zusammenfügung	accouplement; assemblage; combinaison; connexion; jonction; liaison; raccord	assemblage; combinaison; composition; joint; jonction; liaison; raccord; réunion; soudure; union
Zusammenschluß	accouplement; assemblage; combinaison; connexion; jonction; liaison; raccord	alliance; assemblage; association; cercle; club; coalition; combinaison; communauté; compagnie; confrérie; confédération; congrégation; corporation; fraternité; fusion; fusionnement; fédération; jonction; liaison; ligue; réunion; société; union

Synoniemen voor "accouplement":

coït; conjonction; appariement; appareillement; copulation; fornication; couplage; connexion; emboîtement; ajustage; assemblage; enchâssement; insertion; rapprochement; réunion; union; monte; saillie; arête; mot; couverte

Wiktionary: accouplement

accouplement

noun

(figuré) assemblage.
- accouplement → Union

Cross Translation:

From	To	Via
• accouplement	→ Paarung; Begattung	↔ mating — pairing of organisms for copulation

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van accouplement

Remove Ads

Franse en Duitse zoekresultaten voor: accouplement

Uitgebreide vertaling voor accouplement (Frans) in het Duits

accouplement:

accouplement [le ~] zelfstandig naamwoord

l'accouplement (embrayage; raccordement; enclenchement)

l'accouplement (connexion; jonction; liaison; raccord; combinaison; assemblage)

Vertaal Matrix voor accouplement:

Synoniemen voor "accouplement":

Wiktionary: accouplement

Verwante vertalingen van accouplement