Overzicht
Frans naar Duits: Meer gegevens...
- requis:
- requérir:
-
Wiktionary:
- requis → erfordelich, notwendig, verpflichtet, zwangsläufig, zwangsverpflichtet
- requis → zwingend notwendig, obligatorisch
- requérir → benötigen, brauchen, nötig haben, bedürfen, müssen, beantragen
Frans
Uitgebreide vertaling voor requis (Frans) in het Duits
requis:
-
requis (nécessaire; essentiel; nécessairement; indispensable; exigé; inévitable)
nötig; benötigt; notwendig; erforderlich; essentiell-
nötig bijvoeglijk naamwoord
-
benötigt bijvoeglijk naamwoord
-
notwendig bijvoeglijk naamwoord
-
erforderlich bijvoeglijk naamwoord
-
essentiell bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor requis:
Synoniemen voor "requis":
Wiktionary: requis
requis
Cross Translation:
adjective
-
Qui fait partie de conditions fixées par la loi (1)
- requis → erfordelich
-
Demandé, exigé (2)
- requis → notwendig; verpflichtet; zwangsläufig
-
Qui a fait l’objet d’une réquisition (3)
- requis → zwangsverpflichtet
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• requis | → zwingend notwendig; obligatorisch | ↔ mandatory — obligatory |
requérir:
requérir werkwoord (requiers, requiert, requérons, requérez, requièrent, requérais, requérait, requérions, requériez, requéraient, requis, requit, requîmes, requîtes, requirent, requerrai, requerras, requerra, requerrons, requerrez, requerront)
-
requérir (demander; prier; solliciter; exiger; supplier)
ersuchen; beantragen; einen Antrag machen; ansuchen-
ersuchen werkwoord
-
einen Antrag machen werkwoord
-
-
requérir (exiger; demander; réclamer; revendiquer)
erfordern; anfordern; fordern; erheben; einfordern-
einfordern werkwoord (fordere ein, forderst ein, fordert ein, forderte ein, fordertet ein, eingefordert)
-
requérir (revendiquer; exiger; demander; réclamer)
fordern; Anspruch machen auf; anfordern; einfordern-
Anspruch machen auf werkwoord
-
einfordern werkwoord (fordere ein, forderst ein, fordert ein, forderte ein, fordertet ein, eingefordert)
-
requérir (revendiquer; réclamer; exiger)
einfordern; einklagen-
einfordern werkwoord (fordere ein, forderst ein, fordert ein, forderte ein, fordertet ein, eingefordert)
-
-
requérir
Conjugations for requérir:
Présent
- requiers
- requiers
- requiert
- requérons
- requérez
- requièrent
imparfait
- requérais
- requérais
- requérait
- requérions
- requériez
- requéraient
passé simple
- requis
- requis
- requit
- requîmes
- requîtes
- requirent
futur simple
- requerrai
- requerras
- requerra
- requerrons
- requerrez
- requerront
subjonctif présent
- que je requière
- que tu requières
- qu'il requière
- que nous requérions
- que vous requériez
- qu'ils requièrent
conditionnel présent
- requerrais
- requerrais
- requerrait
- requerrions
- requerriez
- requerraient
passé composé
- ai requis
- as requis
- a requis
- avons requis
- avez requis
- ont requis
divers
- requiers!
- requérez!
- requérons!
- requis
- requérant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor requérir:
Synoniemen voor "requérir":
Computer vertaling door derden: