Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Zoek: village

Franse en Duitse zoekresultaten voor: village

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

village:
- Dorf; Ort; Flecken; Weiler
Wiktionary:
- village → Dorf, Feriendorf, Ort, Dorfbewohner
- village → Dorf, Dörfer

Duits naar Frans: Meer gegevens...

village:
- Wiktionary:
  village → garder la tête froide

Frans

Uitgebreide vertaling voor village (Frans) in het Duits

village:

village [le ~] zelfstandig naamwoord

le village (voisinage; localité)
Dorf; der Ort; der Flecken; der Weiler
- Dorf [das ~] zelfstandig naamwoord
- Ort [der ~] zelfstandig naamwoord
- Flecken [der ~] zelfstandig naamwoord
- Weiler [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor village:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Dorf	localité; village; voisinage	hameau
Flecken	localité; village; voisinage	blâme; faubert; frottis; pâté; salissure; souillure; tache; vadrouille
Ort	localité; village; voisinage	contrée; district; domaine; département; emplacement; endroit; hameau; lieu; localisation; place; position; province; région; site; situation; territoire national
Weiler	localité; village; voisinage

Synoniemen voor "village":

bourg; bourgade; hameau; agglomération; localité; paroisse; clocher; circonscription; commune; cité

Wiktionary: village

village

noun

Groupe d’habitations rurales
- village → Dorf; Feriendorf; Ort
Ensemble des habitants d’un village.
- village → Dorfbewohner

village

noun

die gesamte Einwohnerschaft eines Dorfes
- Dorf → village
kleine Siedlung, ländlicher Wohnort
- Dorf → village

Cross Translation:

From	To	Via
• village	→ Dorf	↔ dorp — een kleine, permanente nederzetting
• village	→ Dorf	↔ thorp — a hamlet, a village
• village	→ Dorf; Dörfer	↔ village — a rural habitation of size between a hamlet and a town

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van village