Noyé: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

noyé:
- ertrunken; ersoffen
- Ertrunkene; Wasserleiche
noyer:
- versaufen; ertrinken; überfluten; überspülen; überströmen; überlaufen; herein lassen; hinein lassen; überströmen lassen
- Nußbaum
Wiktionary:
- noyé → Wasserleiche
- noyer → Nußbaum, Nussbaum
- noyer → ertränken, ertrinken, Walnussbaum, Nussbaumholz, versenken, Nussbaum

Frans

Uitgebreide vertaling voor noyé (Frans) in het Duits

noyé:

noyé bijvoeglijk naamwoord

noyé (submergé)
ertrunken; ersoffen
- ertrunken bijvoeglijk naamwoord
- ersoffen bijvoeglijk naamwoord

noyé [le ~] zelfstandig naamwoord

le noyé
der Ertrunkene; die Wasserleiche
- Ertrunkene [der ~] zelfstandig naamwoord
- Wasserleiche [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor noyé:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Ertrunkene	noyé
Wasserleiche	noyé
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ersoffen	noyé; submergé
ertrunken	noyé; submergé

Wiktionary: noyé

noyé

noun

die Leiche einer Person, die ertrunken ist und bereits sich längere Zeit im Wasser befand
- Wasserleiche → noyée; une; un; noyé; corps; cadavre

noyé vorm van noyer:

noyer werkwoord (noie, noies, noyons, noyez, noient, noyais, noyait, noyions, noyiez, noyaient, noyai, noyas, noya, noyâmes, noyâtes, noyèrent, noierai, noieras, noiera, noierons, noierez, noieront)

noyer (mettre dessous; inonder; submerger)
versaufen; ertrinken
- versaufen werkwoord (versaufe, versäufst, versäuft, versoff, versofftet, versoffen)
- ertrinken werkwoord
noyer (inonder; déborder)
überfluten; überspülen; überströmen
- überfluten werkwoord (überflute, überflutest, überflutet, überflutete, überflutetet, überflutet)
- überspülen werkwoord (überspüle, überspülst, überspült, überspülte, überspültet, überspült)
- überströmen werkwoord (ströme über, strömst über, strömt über, strömte über, strömtet über, überströmt)
noyer (inonder; submerger)
überströmen; überfluten; überlaufen
- überströmen werkwoord (ströme über, strömst über, strömt über, strömte über, strömtet über, überströmt)
- überfluten werkwoord (überflute, überflutest, überflutet, überflutete, überflutetet, überflutet)
- überlaufen werkwoord (überlaufe, überläufst, überläuft, überlief, überlieft, überlaufen)
noyer (admettre; faire entrer; laisser entrer; s'occuper de; encastrer; s'engager dans)
herein lassen; hinein lassen
- herein lassen werkwoord
- hinein lassen werkwoord
noyer (submerger; inonder)
überfluten; überströmen lassen
- überfluten werkwoord (überflute, überflutest, überflutet, überflutete, überflutetet, überflutet)
- überströmen lassen werkwoord

Conjugations for noyer:

Présent

noie
noies
noie
noyons
noyez
noient

imparfait

noyais
noyais
noyait
noyions
noyiez
noyaient

passé simple

noyai
noyas
noya
noyâmes
noyâtes
noyèrent

futur simple

noierai
noieras
noiera
noierons
noierez
noieront

subjonctif présent

que je noie
que tu noies
qu'il noie
que nous noyions
que vous noyiez
qu'ils noient

conditionnel présent

noierais
noierais
noierait
noierions
noieriez
noieraient

passé composé

ai noyé
as noyé
a noyé
avons noyé
avez noyé
ont noyé

divers

noie!
noyez!
noyons!
noyé
noyant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

noyer [le ~] zelfstandig naamwoord

le noyer
der Nußbaum
- Nußbaum [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor noyer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Nußbaum	noyer
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ertrinken	inonder; mettre dessous; noyer; submerger
herein lassen	admettre; encastrer; faire entrer; laisser entrer; noyer; s'engager dans; s'occuper de
hinein lassen	admettre; encastrer; faire entrer; laisser entrer; noyer; s'engager dans; s'occuper de
versaufen	inonder; mettre dessous; noyer; submerger
überfluten	déborder; inonder; noyer; submerger	déborder; inonder
überlaufen	inonder; noyer; submerger	déborder; fouler aux pieds; inonder; passer à l'ennemi
überspülen	déborder; inonder; noyer
überströmen	déborder; inonder; noyer; submerger	déborder; inonder
überströmen lassen	inonder; noyer; submerger

Synoniemen voor "noyer":

diluer; délayer; étendre; mouiller; atténuer; affaiblir; étouffer; asphyxier; étrangler; garrotter; oppresser; suffoquer; inonder; submerger; immerger; dévaster; engloutir; tuer; baigner; plonger; introduire; précipiter; descendre; disparaître; saborder; couler; sombrer; chavirer

Wiktionary: noyer

noyer

noun

arbre qui porte les noix.
- noyer → Nußbaum

noyer

noun

ohne Plural: das Holz von [1]
- Nussbaum → noyer
Botanik: ein Laubbaum aus der Pflanzenfamilie der Walnussgewächse
- Nussbaum → noyer

Cross Translation:

From	To	Via
• noyer	→ ertränken	↔ drown — to deprive of life by immerson in liquid
• noyer	→ ertrinken	↔ drown — to be suffocated in fluid
• noyer	→ Walnussbaum	↔ walnut — tree
• noyer	→ Nussbaumholz	↔ walnut — wood
• noyer	→ versenken	↔ verzinken — iets in een materiaal doen zinken
• noyer	→ ertränken	↔ verdrinken — iets door drinken van alcohol doen verdwijnen
• noyer	→ ertränken	↔ verdrinken — in het water doen omkomen
• noyer	→ Walnussbaum; Nussbaum	↔ notenboom — een boomsoort uit het geslacht Juglans

Remove Ads

Franse en Duitse zoekresultaten voor: noyé

Uitgebreide vertaling voor noyé (Frans) in het Duits

noyé:

noyé bijvoeglijk naamwoord

noyé (submergé)

noyé [le ~] zelfstandig naamwoord

le noyé

Vertaal Matrix voor noyé:

Wiktionary: noyé

noyé vorm van noyer:

noyer werkwoord (noie, noies, noyons, noyez, noient, noyais, noyait, noyions, noyiez, noyaient, noyai, noyas, noya, noyâmes, noyâtes, noyèrent, noierai, noieras, noiera, noierons, noierez, noieront)

noyer (mettre dessous; inonder; submerger)

noyer (inonder; déborder)

noyer (inonder; submerger)

noyer (admettre; faire entrer; laisser entrer; s'occuper de; encastrer; s'engager dans)

noyer (submerger; inonder)

Conjugations for noyer:

Présent

imparfait

passé simple

futur simple

subjonctif présent

conditionnel présent

passé composé

divers

noyer [le ~] zelfstandig naamwoord

le noyer

Vertaal Matrix voor noyer:

Synoniemen voor "noyer":

Wiktionary: noyer