Overzicht
Frans naar Duits: Meer gegevens...
- borne:
-
borné:
- zn einer Seite beschriftbar; bedingt; beschränkt; begrenzt; kleinbürgerlich; kleinkariert; engstirnig; kleinmütig; genau; knapp; eng; klein; gering; gewerblich; geizig; bürgerlich; kleinlich; borniert; knickrig; einfach; leicht; simpel; mühelos; imHandumdrehen; stumpfsinnig; dumm; anspruchslos; nicht schwer; glatt; schlicht; stumpf; geistlos; albern; kindisch; bei weitem; spießig; spießbürgerlich; leblos; kraftlos; unbeseelt; schlaff; seelenlos; abgegrenzt
- borner:
-
Wiktionary:
- borne → Grenzstein
- borne → Mark, Poller, Grenze, Abgrenzung, Kilometerstein, Meilenstein
- borné → stur, dickköpfig
- bornée → stur, dickköpfig
Frans
Uitgebreide vertaling voor borne (Frans) in het Duits
borne:
-
borne
-
borne
Vertaal Matrix voor borne:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Grenze | borne; frontière; limite; marge; plafond; valeur limite | bordure; cadre; encadrement; excès; extrémité; extrême; frontière; frontière d'un pays; ligne de démarcation; limitation; limite; limites |
Grenzlinie | borne; frontière | frontière; frontière d'un pays; ligne de démarcation |
Grenzwert | borne; frontière; limite; marge; plafond; valeur limite | limite |
Kiosk | borne | kiosque |
Limit | borne; frontière; limite; marge; plafond; valeur limite | excès; extrémité; extrême; limitation; limite; limites; restriction |
Ziel | borne; limit; terme | application; arrivée; but; but final; cible; consécration; dessein; destination; destination de voyage; dévouement; effort; enjeu; fin; finish; fournisseur de destination; intention; ligne d'arrivée; mise; mise à prix; objectif; tentative |
Synoniemen voor "borne":
Wiktionary: borne
borne
Cross Translation:
noun
borne
-
Marque servant à délimiter un terrain
- borne → Grenzstein
-
Geodäsie, Plural 2: Markierung zur Landvermessung
-
die punktuelle Markierung einer Grundstücksgrenze
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• borne | → Poller | ↔ bollard — post preventing vehicles from entering pedestrian area |
• borne | → Grenze; Abgrenzung | ↔ bound — boundary, border of territory |
• borne | → Kilometerstein; Meilenstein | ↔ milestone — one of a series of numbered markers placed along a road at regular intervals |
borné:
-
borné (apte à être écrit d'un côté; restreint; limité; délimité; réduit)
zn einer Seite beschriftbar; bedingt; beschränkt; begrenzt-
zn einer Seite beschriftbar bijvoeglijk naamwoord
-
bedingt bijvoeglijk naamwoord
-
beschränkt bijvoeglijk naamwoord
-
begrenzt bijvoeglijk naamwoord
-
-
borné (limité; restreint; réduit; délimité)
-
borné (petit-bourgeois; bourgeois; provincial; petitement; mesquin; roturier)
-
borné (exigu; petit; provincial; petit-bourgeois; serré; mesquin; étriqué; petitement; à l'étroit)
kleinkariert; engstirnig; kleinmütig; genau; knapp; eng; klein; gering; gewerblich; beschränkt; geizig; bürgerlich; kleinlich; borniert; knickrig; kleinbürgerlich-
kleinkariert bijvoeglijk naamwoord
-
engstirnig bijvoeglijk naamwoord
-
kleinmütig bijvoeglijk naamwoord
-
genau bijvoeglijk naamwoord
-
knapp bijvoeglijk naamwoord
-
eng bijvoeglijk naamwoord
-
klein bijvoeglijk naamwoord
-
gering bijvoeglijk naamwoord
-
gewerblich bijvoeglijk naamwoord
-
beschränkt bijvoeglijk naamwoord
-
geizig bijvoeglijk naamwoord
-
bürgerlich bijvoeglijk naamwoord
-
kleinlich bijvoeglijk naamwoord
-
borniert bijvoeglijk naamwoord
-
knickrig bijvoeglijk naamwoord
-
kleinbürgerlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
borné (pas difficile; facile; simple; léger; pratique; légère; aisé; confortable; facilement; simplement; agréable; confortablement; naïf; seul; commode; puérilement; sobre; adroit; niais; obtus; très vite; agile; sans peine; aisément; ingénu; sans effort; naturel; enfantin; en bon enfant; sans prétention; sans esprit; comme un enfant; terne; élémentaire; puéril; commodément; naïvement; ordinaire; d'enfant; simple d'esprit; d'une façon enfantine)
einfach; leicht; simpel; mühelos; imHandumdrehen; stumpfsinnig; dumm; anspruchslos; nicht schwer; glatt; schlicht; stumpf; geistlos; albern; kindisch; bei weitem-
einfach bijvoeglijk naamwoord
-
leicht bijvoeglijk naamwoord
-
simpel bijvoeglijk naamwoord
-
mühelos bijvoeglijk naamwoord
-
imHandumdrehen bijvoeglijk naamwoord
-
stumpfsinnig bijvoeglijk naamwoord
-
dumm bijvoeglijk naamwoord
-
anspruchslos bijvoeglijk naamwoord
-
nicht schwer bijvoeglijk naamwoord
-
glatt bijvoeglijk naamwoord
-
schlicht bijvoeglijk naamwoord
-
stumpf bijvoeglijk naamwoord
-
geistlos bijvoeglijk naamwoord
-
albern bijvoeglijk naamwoord
-
kindisch bijvoeglijk naamwoord
-
bei weitem bijvoeglijk naamwoord
-
-
borné (étroit; petit-bourgeois; mesquinement)
beschränkt; spießig; engstirnig; kleinbürgerlich; bürgerlich; kleinlich; kleinkariert; kleinmütig; spießbürgerlich-
beschränkt bijvoeglijk naamwoord
-
spießig bijvoeglijk naamwoord
-
engstirnig bijvoeglijk naamwoord
-
kleinbürgerlich bijvoeglijk naamwoord
-
bürgerlich bijvoeglijk naamwoord
-
kleinlich bijvoeglijk naamwoord
-
kleinkariert bijvoeglijk naamwoord
-
kleinmütig bijvoeglijk naamwoord
-
spießbürgerlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
borné (sans esprit; mort; faible; inanimé; obtus; sans vie; sans âme; sans force; terne)
-
borné (pourvu de limites; limité)
abgegrenzt-
abgegrenzt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor borné:
Synoniemen voor "borné":
Wiktionary: borné
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• borné | → stur; dickköpfig | ↔ stubborn — refusing to move or change one's opinion |
borner:
borner werkwoord (borne, bornes, bornons, bornez, bornent, bornais, bornait, bornions, borniez, bornaient, bornai, bornas, borna, bornâmes, bornâtes, bornèrent, bornerai, borneras, bornera, bornerons, bornerez, borneront)
-
borner (restreindre; limiter; entourer; délimiter; tailler; clôturer)
beschränken; limitieren; begrenzen; einschränken; abgrenzen; eindämmen; beschneiden; absperren; umzäunen; einsäumen; abzäunen-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
-
borner (couvrir; protéger; sauvegarder; abriter; clôturer; préserver; mettre à l'abri de)
-
borner (barrer; marquer; entourer; tracer; piqueter; préciser; contourner; tromper; fermer; clôturer; jalonner; escroquer; soutirer)
abgrenzen; begrenzen; einzäunen; prellen; umzäunen; neppen; abzäunen; festlegen; einhegen; abstecken; trassieren; übervorteilen-
übervorteilen werkwoord (übervorteile, übervorteilst, übervorteilt, übervorteilte, übervorteiltet, übervorteilt)
-
borner (endiguer; délimiter; contenir)
-
borner (délimiter; contenir; limiter; restreindre; mettre des limites à)
begrenzen; beschränken; einschränken; eindämmen-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
-
borner (restreindre; limiter; délimiter)
beschränken; begrenzen; einschränken; eindämmen; limitieren-
einschränken werkwoord (schränke ein, schränkst ein, schränkt ein, schränkte ein, schränktet ein, eingeschränkt)
Conjugations for borner:
Présent
- borne
- bornes
- borne
- bornons
- bornez
- bornent
imparfait
- bornais
- bornais
- bornait
- bornions
- borniez
- bornaient
passé simple
- bornai
- bornas
- borna
- bornâmes
- bornâtes
- bornèrent
futur simple
- bornerai
- borneras
- bornera
- bornerons
- bornerez
- borneront
subjonctif présent
- que je borne
- que tu bornes
- qu'il borne
- que nous bornions
- que vous borniez
- qu'ils bornent
conditionnel présent
- bornerais
- bornerais
- bornerait
- bornerions
- borneriez
- borneraient
passé composé
- ai borné
- as borné
- a borné
- avons borné
- avez borné
- ont borné
divers
- borne!
- bornez!
- bornons!
- borné
- bornant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles
Vertaal Matrix voor borner:
Synoniemen voor "borner":
bornée:
Synoniemen voor "bornée":
Wiktionary: bornée
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bornée | → stur; dickköpfig | ↔ stubborn — refusing to move or change one's opinion |