Heurt: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

heurt:
- Kollision; Zusammenstoß; Labyrinth; Irrgarten; Friktion; Reibung; Konflikt; Krach; Meinungsverschiedenheit; Streit; Schlägerei; Diskussion; Streitigkeit; Auseinandersetzung; Kämpfe; Kampf; Gefecht; Anprall; Spektakel; Twist; Uneinigkeit; Stoß; Balgerei; Zank; Fehde; Zwietracht; Wortwechsel; Streitgespräch; Ruck; erschütternde Bewegung; Wettkampf; Schlacht; Ringen; Ringkampf; Schlag; Hieb; Puff; Maulschelle; Ohrfeige; Bums; Klaps; Erschütterung; Beben; leichter Stoß; Anstoß
heurté:
- angestoßen; aufgefahren

Frans

Uitgebreide vertaling voor heurt (Frans) in het Duits

heurt:

heurt [le ~] zelfstandig naamwoord

l'heurt (collision; accrochage)
die Kollision; der Zusammenstoß
- Kollision [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammenstoß [der ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (labyrinthe; bordel; dédale; ravage; pagaille; désordre; lutte; litige; dispute; dégâts; conflit; confusion; discorde; troubles; chaos; démêlé; brouillamini)
Labyrinth; der Irrgarten
- Labyrinth [das ~] zelfstandig naamwoord
- Irrgarten [der ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (friction; frottement)
die Friktion; die Reibung
- Friktion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Reibung [die ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (dispute; conflit; querelle; collision; litige; désaccord; accrochage; discorde; altercation; différend; démêlé)
der Konflikt; der Krach; die Meinungsverschiedenheit; der Zusammenstoß; der Streit; die Schlägerei; die Diskussion; die Streitigkeit; die Auseinandersetzung; die Kämpfe; der Kampf; die Kollision; Gefecht; der Anprall; Spektakel; der Twist; die Uneinigkeit; der Stoß; die Balgerei; der Zank; die Fehde; die Zwietracht; der Wortwechsel; Streitgespräch
- Konflikt [der ~] zelfstandig naamwoord
- Krach [der ~] zelfstandig naamwoord
- Meinungsverschiedenheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammenstoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Streit [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schlägerei [die ~] zelfstandig naamwoord
- Diskussion [die ~] zelfstandig naamwoord
- Streitigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Auseinandersetzung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kämpfe [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kampf [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kollision [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gefecht [das ~] zelfstandig naamwoord
- Anprall [der ~] zelfstandig naamwoord
- Spektakel [das ~] zelfstandig naamwoord
- Twist [der ~] zelfstandig naamwoord
- Uneinigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Stoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Balgerei [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zank [der ~] zelfstandig naamwoord
- Fehde [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zwietracht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Wortwechsel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Streitgespräch [das ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (choc; secousse; mouvement brusque; saccade; à-coup)
der Stoß; der Ruck; die erschütternde Bewegung
- Stoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Ruck [der ~] zelfstandig naamwoord
- erschütternde Bewegung [die ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (lutte; dispute; polémique; conflit; querelle; litige; discorde; démêlé)
der Kampf; der Streit; der Kämpfe; Gefecht; die Meinungsverschiedenheit; der Wettkampf; der Zank; die Schlacht; der Konflikt; die Auseinandersetzung; der Krach; die Schlägerei; Ringen; die Streitigkeit; der Twist; die Fehde; der Ringkampf; die Balgerei
- Kampf [der ~] zelfstandig naamwoord
- Streit [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kämpfe [der ~] zelfstandig naamwoord
- Gefecht [das ~] zelfstandig naamwoord
- Meinungsverschiedenheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Wettkampf [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zank [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schlacht [die ~] zelfstandig naamwoord
- Konflikt [der ~] zelfstandig naamwoord
- Auseinandersetzung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Krach [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schlägerei [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ringen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Streitigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Twist [der ~] zelfstandig naamwoord
- Fehde [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ringkampf [der ~] zelfstandig naamwoord
- Balgerei [die ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (torgnole; baffe; pain; gifle; beigne; claque; coup dur; petit coup; coup)
der Schlag; der Hieb; der Puff; die Maulschelle; die Ohrfeige; der Bums; der Klaps
- Schlag [der ~] zelfstandig naamwoord
- Hieb [der ~] zelfstandig naamwoord
- Puff [der ~] zelfstandig naamwoord
- Maulschelle [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ohrfeige [die ~] zelfstandig naamwoord
- Bums [der ~] zelfstandig naamwoord
- Klaps [der ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (tremblement; choc; secousse; saccade; cahot; oscillation; vibration)
die Erschütterung; Beben
- Erschütterung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Beben [das ~] zelfstandig naamwoord
l'heurt (poussée; coup; coup de pouce; butoir; impulsion; petit coup; choc; cahot)
der Stoß; der Schlag; der Puff; der Bums; der leichter Stoß; der Anstoß; der Anprall; der Zusammenstoß
- Stoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schlag [der ~] zelfstandig naamwoord
- Puff [der ~] zelfstandig naamwoord
- Bums [der ~] zelfstandig naamwoord
- leichter Stoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Anstoß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Anprall [der ~] zelfstandig naamwoord
- Zusammenstoß [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor heurt:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Anprall	accrochage; altercation; butoir; cahot; choc; collision; conflit; coup; coup de pouce; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; impulsion; litige; petit coup; poussée; querelle
Anstoß	butoir; cahot; choc; coup; coup de pouce; heurt; impulsion; petit coup; poussée	aiguillon; coup de pied de but; encouragement; exhortation; impulsion; incitation; initiative; instigation; instinct; stimulant; stimulation; stimuli; stimulus
Auseinandersetzung	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	argumentation; association; chamaillerie; club d'étudiants; conflit; controverse; conversation; dialogue; différend; discorde; discussion; dispute; divergence d'opinion; divergence de vues; démonstration; démêlé; entretien; exposé; joute oratoire; litige; partage d'une succession; prise de position; querelle; société; séparation des biens
Balgerei	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	bagarre; bataille; combat; lutte; mêlée; rixe
Beben	cahot; choc; heurt; oscillation; saccade; secousse; tremblement; vibration	chevrotement; frisson; frémissement; séisme; tremblement; tremblement de terre; vibration; ébranlement
Bums	baffe; beigne; butoir; cahot; choc; claque; coup; coup de pouce; coup dur; gifle; heurt; impulsion; pain; petit coup; poussée; torgnole	boum; choc; coup; coup violent; floc; fracas; grondement; lourde chute; plouf; éclat
Diskussion	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	association; club d'étudiants; conversation; dialogue; discussion; débat; entretien; société
Erschütterung	cahot; choc; heurt; oscillation; saccade; secousse; tremblement; vibration	chevrotement; confusion; désarroi; frisson; frissonnement; frémissement; tremblement; tremblote; vibration; ébranlement
Fehde	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	aigreur; animosité; dépit; haine; hostilité; inimitié; rancune; ressentiment
Friktion	friction; frottement; heurt	consonne fricative
Gefecht	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle
Hieb	baffe; beigne; claque; coup; coup dur; gifle; heurt; pain; petit coup; torgnole	balafre; beigne; bourrade; calotte; chataîgne; claque; coup; coup de hache; coup de poing; gifle; gnon; marron; petit coup; tape; torgniole; torgnole
Irrgarten	bordel; brouillamini; chaos; conflit; confusion; discorde; dispute; dédale; dégâts; démêlé; désordre; heurt; labyrinthe; litige; lutte; pagaille; ravage; troubles
Kampf	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	bataille; combat; guerre; lutte; match
Klaps	baffe; beigne; claque; coup; coup dur; gifle; heurt; pain; petit coup; torgnole	chataîgne; claque; coup; coup de poing; gifle; gnon; marron; petit coup; tape; torgnole; touché sur le nez
Kollision	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	abordage; collision
Konflikt	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	collision; conflit; contention; différend; litige; lutte réciproque
Krach	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	atteinte à l'ordre public; boucan; boum; brouhaha; bruit; cabale; chahut; choc; cohue; coup; coup violent; désordre; floc; fracas; grondement; interférence; interruption; krach; lourde chute; plouf; rumeur; tapage; tumulte; vacarme; éclat
Kämpfe	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	concours; matches
Labyrinth	bordel; brouillamini; chaos; conflit; confusion; discorde; dispute; dédale; dégâts; démêlé; désordre; heurt; labyrinthe; litige; lutte; pagaille; ravage; troubles
Maulschelle	baffe; beigne; claque; coup; coup dur; gifle; heurt; pain; petit coup; torgnole	calotte; claque; gifle; soufflet
Meinungsverschiedenheit	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	association; chamaillerie; club d'étudiants; conflit; controverse; différend; discorde; discussion; dispute; divergence d'opinion; divergence de vues; démêlé; joute oratoire; litige; querelle; société
Ohrfeige	baffe; beigne; claque; coup; coup dur; gifle; heurt; pain; petit coup; torgnole	calotte; claque; gifle; soufflet
Puff	baffe; beigne; butoir; cahot; choc; claque; coup; coup de pouce; coup dur; gifle; heurt; impulsion; pain; petit coup; poussée; torgnole	backgammon; chataîgne; gnon; marron; trictrac
Reibung	friction; frottement; heurt	consonne fricative
Ringen	conflit; discorde; dispute; démêlé; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	lutte; torsion
Ringkampf	conflit; discorde; dispute; démêlé; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	match de catch; rencontre de lutte
Ruck	choc; heurt; mouvement brusque; saccade; secousse; à-coup	attrait; resserrement; serrage; trait
Schlacht	conflit; discorde; dispute; démêlé; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	bataille; bataille rangée; combat; compétition; concours; course; guerre; jeu; lutte; match; rencontre
Schlag	baffe; beigne; butoir; cahot; choc; claque; coup; coup de pouce; coup dur; gifle; heurt; impulsion; pain; petit coup; poussée; torgnole	boum; claque; concierge; coup; coup de poing; espèce; flash; floc; foudre; gardien d'immeuble; genre; gifle; jambes cloches; petit coup; pigeonnier; plouf; portier; race; tape; torgnole; variété; éclair
Schlägerei	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	agitation; agitations; bagarre; bataille; combat; combat de boxe; combats; confusion; excitation; insurrection; lutte; match de boxe; mêlée; pugilat; remous; rixe; rixes; rébellion; révolte; trouble; tumulte; émeute
Spektakel	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	beuglement; bousculade; braillement; brouhaha; bruit; cabale; chahut; charivari; clameur; cohue; criailleries; effervescence; fracas; hurlement; hurlements; mugissement; piaulement; pièce à grand spectacle; presse; revue à grand spectacle; rugissement; rumeur; scène; spectacle; tapage; tumulte; vacarme; vue; émoi
Stoß	accrochage; altercation; butoir; cahot; choc; collision; conflit; coup; coup de pouce; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; impulsion; litige; mouvement brusque; petit coup; poussée; querelle; saccade; secousse; à-coup	accrochage; accumulation; altercation; amoncellement; assemblage; boum; cahot; choc; claque; collision; coup; cumul; entassement; floc; gifle; masse; monceau; montagne; nage; pile; plouf; quantité; ramas; rassemblement; tape; tas
Streit	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	argumentation; chamaillerie; chamailleries; chicane; compétition; concours; conflit; controverse; course; criailleries; différend; discorde; disputes; déplaisir; désaccord; désordre; histoires; jeu; litige; malaise; match; mécontentement; querelles; rencontre
Streitgespräch	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	association; chamaillerie; club d'étudiants; conflit; controverse; conversation; dialogue; différend; discorde; discussion; dispute; divergence d'opinion; divergence de vues; débat; démêlé; entretien; joute oratoire; litige; querelle; société
Streitigkeit	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	conflit; différend; discorde; désordre; litige
Twist	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	conflit; controverse; différend; discorde; dispute; litige; querelle
Uneinigkeit	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	conflit; controverse; différend; discorde; dispute; division; déplaisir; désaccord; désordre; désunion; litige; malaise; mécontentement; querelle; zizanie
Wettkampf	conflit; discorde; dispute; démêlé; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	compétition; concours; course; jeu; match; rencontre
Wortwechsel	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	chamaillerie; conflit; différend; discorde; discussion; dispute; divergence d'opinion; divergence de vues; démêlé; joute oratoire; litige; querelle
Zank	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; lutte; polémique; querelle	conflit; controverse; discorde; dispute; querelle
Zusammenstoß	accrochage; altercation; butoir; cahot; choc; collision; conflit; coup; coup de pouce; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; impulsion; litige; petit coup; poussée; querelle	abordage; accrochage; altercation; cahot; choc; collision; coup
Zwietracht	accrochage; altercation; collision; conflit; différend; discorde; dispute; démêlé; désaccord; heurt; litige; querelle	conflit; différend; discorde; division; désunion; litige; zizanie
erschütternde Bewegung	choc; heurt; mouvement brusque; saccade; secousse; à-coup
leichter Stoß	butoir; cahot; choc; coup; coup de pouce; heurt; impulsion; petit coup; poussée
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Anprall		choc

Synoniemen voor "heurt":

affrontement; attaque; rencontre; combat; lutte; choc; bousculade; accrochage; désordre; chahut; remous; secousse; cognement; collision; accident; télescopage; coup; brutalité; atteinte; violence; horion; tape; gifle; soufflet; calotte; claque; chiquenaude; pichenette; entrechoquement; gnon; impact; but; bruit; conséquence; effet; retentissement; percussion; impulsion; saccade; soubresaut; tamponnement

heurté:

heurté bijvoeglijk naamwoord

heurté
angestoßen
- angestoßen bijvoeglijk naamwoord
heurté (rentré dans)
aufgefahren
- aufgefahren bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor heurté:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
angestoßen	heurté	poussé
aufgefahren	heurté; rentré dans	allé à contre-courant; approché; effrayé; monté; monté au ciel; remonté; soulevé

Synoniemen voor "heurté":

haché; saccadé; discontinu; trépidant; spasmodique; irrégulier; convulsif; agité

Verwante vertalingen van heurt

arme de heurt

Remove Ads

Franse en Duitse zoekresultaten voor: heurt

Uitgebreide vertaling voor heurt (Frans) in het Duits

heurt:

heurt [le ~] zelfstandig naamwoord

l'heurt (collision; accrochage)

l'heurt (labyrinthe; bordel; dédale; ravage; pagaille; désordre; lutte; litige; dispute; dégâts; conflit; confusion; discorde; troubles; chaos; démêlé; brouillamini)

l'heurt (friction; frottement)

l'heurt (dispute; conflit; querelle; collision; litige; désaccord; accrochage; discorde; altercation; différend; démêlé)

l'heurt (choc; secousse; mouvement brusque; saccade; à-coup)

l'heurt (lutte; dispute; polémique; conflit; querelle; litige; discorde; démêlé)

l'heurt (torgnole; baffe; pain; gifle; beigne; claque; coup dur; petit coup; coup)

l'heurt (tremblement; choc; secousse; saccade; cahot; oscillation; vibration)

l'heurt (poussée; coup; coup de pouce; butoir; impulsion; petit coup; choc; cahot)

Vertaal Matrix voor heurt:

Synoniemen voor "heurt":

heurté:

heurté bijvoeglijk naamwoord

heurté

heurté (rentré dans)

Vertaal Matrix voor heurté:

Synoniemen voor "heurté":

Verwante vertalingen van heurt