Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Zoek: confiture

Franse en Duitse zoekresultaten voor: confiture

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

confiture:
- Marmelade; Fruchtgelee; Sülze; Gelee
Wiktionary:
- confiture → Konfitüre, Marmelade
- confiture → Marmelade, Konfitüre, Gelee

Frans

Uitgebreide vertaling voor confiture (Frans) in het Duits

confiture:

confiture [la ~] zelfstandig naamwoord

la confiture (confitures)
die Marmelade; Fruchtgelee
- Marmelade [die ~] zelfstandig naamwoord
- Fruchtgelee [das ~] zelfstandig naamwoord
la confiture (marmelade)
die Marmelade
- Marmelade [die ~] zelfstandig naamwoord
la confiture (aspic; gélatine; gelée)
die Sülze; Gelee
- Sülze [die ~] zelfstandig naamwoord
- Gelee [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor confiture:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Fruchtgelee	confiture; confitures
Gelee	aspic; confiture; gelée; gélatine	gelée; gélatine; pudding à gélatine
Marmelade	confiture; confitures; marmelade
Sülze	aspic; confiture; gelée; gélatine	panse farcie

Synoniemen voor "confiture":

compote; marmelade; conserve; gelée; frimas

Wiktionary: confiture

confiture

noun

Mélange de sucre et de fruits
- confiture → Konfitüre; Marmelade

confiture

noun

mit Zucker eingekochtes Fruchtmark beziehungsweise eingekochte reife Früchte oder Beeren, die als Brotaufstrich verwendet werden
- Marmelade → confiture
Marmelade aus nur einer Fruchtsorte
- Konfitüre → confiture

Cross Translation:

From	To	Via
• confiture	→ Marmelade; Konfitüre	↔ jam — sweet mixture of fruit boiled with sugar
• confiture	→ Marmelade; Gelee	↔ jelly — jam
• confiture	→ Marmelade	↔ marmalade — jam
• confiture	→ Marmelade	↔ jam — een gelei van suiker en gekookt fruit, onder andere gebruikt als broodbeleg

Verwante vertalingen van confiture

pot à confiture