Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. silbido:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor silbido (Spaans) in het Zweeds

silbido:

silbido [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el silbido (susurrar; susurro; murmullo; ruido de fondo)
    rassel; prassel; frasande
    • rassel [-ett] zelfstandig naamwoord
    • prassel [-ett] zelfstandig naamwoord
    • frasande zelfstandig naamwoord
  2. el silbido (pitido; silbato)
    visselsignal
  3. el silbido (pitada; pitido; canto)
    vissling
  4. el silbido (centelleo; picazón; brillo; )
    blinka; tindra
    • blinka [-ett] zelfstandig naamwoord
    • tindra [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor silbido:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blinka brillo; centelleo; destello; murmullo; picazón; ruido de fondo; silbido guiño
frasande murmullo; ruido de fondo; silbido; susurrar; susurro chasquido; chisporroteo; murmuración; susurro; zurrido
prassel murmullo; ruido de fondo; silbido; susurrar; susurro
rassel murmullo; ruido de fondo; silbido; susurrar; susurro carraca; matraqueo; matraquista
tindra brillo; centelleo; destello; murmullo; picazón; ruido de fondo; silbido
visselsignal pitido; silbato; silbido
vissling canto; pitada; pitido; silbido
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blinka brillar; distinguirse; guiñar el ojo; hacer guiños; parpadear; relucir; resplandecer; sobresalir
tindra amanecer; brillar; centellear; clarear; dar luz; destellar; hacer brillar; iluminarse; relampaguear

Verwante woorden van "silbido":

  • silbidos