Spaans
Uitgebreide vertaling voor religioso (Spaans) in het Zweeds
religioso:
-
religioso (piadoso; pío; devoto)
-
religioso (espiritual; creyente; eclesiástico; consagrado; dedicado; sagrado; pastoral; devoto; devotamente; iglesero; con devoción)
-
religioso
kyrkbesökare-
kyrkbesökare bijvoeglijk naamwoord
-
-
religioso (devoto; dedicado; piadoso; devotamente; iglesero; con devoción)
-
religioso (devoto; piadoso)
from; andäktig; fromt; gudfruktigt; andäktigt-
from bijvoeglijk naamwoord
-
andäktig bijvoeglijk naamwoord
-
fromt bijvoeglijk naamwoord
-
gudfruktigt bijvoeglijk naamwoord
-
andäktigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
el religioso (fiel; devoto)
religös person-
religös person zelfstandig naamwoord
-
-
el religioso (hermanos; monjes; religiosos)
-
el religioso (fraile; hermano)
lekmannabroder-
lekmannabroder zelfstandig naamwoord
-
-
el religioso (fraile)
munk; klosterbroder; klostermunk-
klosterbroder zelfstandig naamwoord
-
klostermunk zelfstandig naamwoord
-
el religioso (hermano; fraile)