Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. procesos:
  2. proceso:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor procesos (Spaans) in het Zweeds

procesos:

procesos [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el procesos
    processer

Vertaal Matrix voor procesos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
processer procesos

Verwante woorden van "procesos":


procesos vorm van proceso:

proceso [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el proceso (juicio; procedimiento; causa; pleito)
    process; rättegång; mål
    • process [-en] zelfstandig naamwoord
    • rättegång [-en] zelfstandig naamwoord
    • mål [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. el proceso (procedimiento)
    procedur; rättsförfarande
  3. el proceso
    process
    • process [-en] zelfstandig naamwoord

proceso bijvoeglijk naamwoord

  1. proceso (curso)
    runda; rundat
    • runda bijvoeglijk naamwoord
    • rundat bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor proceso:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mål causa; juicio; pleito; procedimiento; proceso apuesta; blanco; destinación; destino; fin; gol; intencion; meta; objetivo; objetivo final; objeto; plan; propósito; proveedor de destino; proyecto; saque de portería; saque de valla; valor del objetivo
procedur procedimiento; proceso método; procedimiento
process causa; juicio; pleito; procedimiento; proceso enjuiciamiento; procesamiento
runda giras; juego; partida; rondas; turno; turnos; viajes circulares; vueltas
rättegång causa; juicio; pleito; procedimiento; proceso procedimiento judicial
rättsförfarande procedimiento; proceso
- pleito
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
runda curso; proceso abultado; redondo
rundat curso; proceso abultado; redondo

Verwante woorden van "proceso":


Synoniemen voor "proceso":


Wiktionary: proceso


Cross Translation:
FromToVia
proceso rättegång trial — appearance at judicial court

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van procesos