Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. nulidad:
  2. Wiktionary:
    • nulidad → nit


Spaans

Uitgebreide vertaling voor nulidad (Spaans) in het Zweeds

nulidad:

nulidad [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la nulidad (insignificancia)
    ogiltighet
  2. la nulidad (tonto; boba; bufón; bobo; simplón)
    knäppskalle; obetydlig

Vertaal Matrix voor nulidad:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knäppskalle boba; bobo; bufón; nulidad; simplón; tonto bobo; estúpido; imbécil; majadero; mentecato; pollo de la lechuza; tonta; tonto
obetydlig boba; bobo; bufón; nulidad; simplón; tonto
ogiltighet insignificancia; nulidad invalidez
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
obetydlig anodino; banal; bobúnculo; corriente; diminuto; insignificante; marginal; minúsculo; modesto; muy pequeño; mínimo; nimio; sin importancia; ínfimo

Verwante woorden van "nulidad":

  • nulidades

Synoniemen voor "nulidad":


Wiktionary: nulidad


Cross Translation:
FromToVia
nulidad nit NieteLos ohne Gewinn

Verwante vertalingen van nulidad