Spaans
Uitgebreide vertaling voor manchado (Spaans) in het Zweeds
manchado:
-
manchado (con motas; punteado; moteado; emborronado; salpicado de manchas)
spräcklig; tigrerad; tigrerat; spräckligt; fläckigt-
spräcklig bijvoeglijk naamwoord
-
tigrerad bijvoeglijk naamwoord
-
tigrerat bijvoeglijk naamwoord
-
spräckligt bijvoeglijk naamwoord
-
fläckigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
manchado (moteado)
-
manchado (ensuciado; emborronado)
-
manchado (pringoso)
smutsigt; otäck; otäckt; befläckad; befläckat; nedfläckat; nedfläckad; fläckat-
smutsigt bijvoeglijk naamwoord
-
otäck bijvoeglijk naamwoord
-
otäckt bijvoeglijk naamwoord
-
befläckad bijvoeglijk naamwoord
-
befläckat bijvoeglijk naamwoord
-
nedfläckat bijvoeglijk naamwoord
-
nedfläckad bijvoeglijk naamwoord
-
fläckat bijvoeglijk naamwoord
-
-
manchado (emborronado; ensuciado)
fläckad; fullt av fläckar; fläckat-
fläckad bijvoeglijk naamwoord
-
fullt av fläckar bijvoeglijk naamwoord
-
fläckat bijvoeglijk naamwoord
-