Magia in het Zweeds vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...

magia:
- magi; trolleri; häxeri; trolldom; charm; utstrålning; förtrollning; svartkonst; häxkonst; trollerikonst; trollkonst
Wiktionary:
- magia → magi, trolldom

Spaans

Uitgebreide vertaling voor magia (Spaans) in het Zweeds

la magia (brujería; fantasía; arte mágico; hechicería; poder mágico; hechizo)
magi; trolleri
- magi [-en] zelfstandig naamwoord
- trolleri [-ett] zelfstandig naamwoord
la magia (brujería; hechicería)
häxeri; magi; trolldom
- häxeri [-ett] zelfstandig naamwoord
- magi [-en] zelfstandig naamwoord
- trolldom [-en] zelfstandig naamwoord
la magia (amenidad; atracción; fascinación; encanto; gracia; garbo; encantamiento; donaire)
charm; utstrålning
- charm [-en] zelfstandig naamwoord
- utstrålning [-en] zelfstandig naamwoord
la magia (brujería; hechizo; hechicería; poder mágico; arte mágico)
förtrollning; magi; trolleri; trolldom; svartkonst; häxkonst
- förtrollning [-en] zelfstandig naamwoord
- magi [-en] zelfstandig naamwoord
- trolleri [-ett] zelfstandig naamwoord
- trolldom [-en] zelfstandig naamwoord
- svartkonst [-en] zelfstandig naamwoord
- häxkonst zelfstandig naamwoord
la magia (arte mágico; brujería; hechizo; hechicería; poder mágico)
förtrollning; häxeri; magi; trolldom
- förtrollning [-en] zelfstandig naamwoord
- häxeri [-ett] zelfstandig naamwoord
- magi [-en] zelfstandig naamwoord
- trolldom [-en] zelfstandig naamwoord
la magia (ilusionismo)
trollerikonst
- trollerikonst zelfstandig naamwoord
la magia (poder mágico; brujería; fantasía; hechicería)
trolleri; trollkonst
- trolleri [-ett] zelfstandig naamwoord
- trollkonst zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
charm	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	afabilidad; amabilidad; atracción; atractar; atractivo; dulzor; dulzura; encanto; fascinar; garbo; gracia; hechizo; suavidad
förtrollning	arte mágico; brujería; hechicería; hechizo; magia; poder mágico	atracción; atractivo; encantamiento; encanto; fórmula mágica; garbo; gracia; hechizo
häxeri	arte mágico; brujería; hechicería; hechizo; magia; poder mágico
häxkonst	arte mágico; brujería; hechicería; hechizo; magia; poder mágico
magi	arte mágico; brujería; fantasía; hechicería; hechizo; magia; poder mágico	abracadabra
svartkonst	arte mágico; brujería; hechicería; hechizo; magia; poder mágico	exorcismo; nigromancia
trolldom	arte mágico; brujería; hechicería; hechizo; magia; poder mágico
trolleri	arte mágico; brujería; fantasía; hechicería; hechizo; magia; poder mágico	abracadabra
trollerikonst	ilusionismo; magia	abracadabra
trollkonst	brujería; fantasía; hechicería; magia; poder mágico	juego de manos; truco
utstrålning	amenidad; atracción; donaire; encantamiento; encanto; fascinación; garbo; gracia; magia	carisma

Cross Translation:

From	To	Via
• magia	→ magi; trolldom	↔ magic — use of supernatural rituals, forces etc.
• magia	→ magi	↔ Magie — vermeintliche Einflussnahme auf Personen, Dinge oder Ereignisse auf übernatürlich Art und Weise