Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. juerguista:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor juerguista (Spaans) in het Zweeds

juerguista:

juerguista [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el juerguista (fiestero; jaranero)
    festbesökare
  2. el juerguista (parrandero; juergón)
    festare; rumlare; hålligångare

Vertaal Matrix voor juerguista:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
festare juerguista; juergón; parrandero
festbesökare fiestero; jaranero; juerguista
hålligångare juerguista; juergón; parrandero bromistas; chistosos; divertidas; divertidos; golosos; marchosos
rumlare juerguista; juergón; parrandero alborotador; babrucón; bacanal; baladrón; bromistas; bullangero; chistosos; chulo; cortador de los cantos de los ladrillos; divertidas; divertidos; fanfarrones; fanfarrón; golosos; jactancioso; marchosos; orgía; persona bullangera; pijo; temerón; valentón

Verwante woorden van "juerguista":

  • juerguistas

Synoniemen voor "juerguista":