Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. hembra:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor hembra (Spaans) in het Zweeds

hembra:

hembra [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la hembra (tía; mujeruca)
    kvinna; fru
    • kvinna [-en] zelfstandig naamwoord
    • fru [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la hembra (mujer)
    kvinnligt
  3. la hembra (bruja; arpía; nena; bruja pesada; leona)
    subba; kärringjävel

Vertaal Matrix voor hembra:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fru hembra; mujeruca; tía ama; ama de casa; compañera; compañera en la vida; consorte; conviviente; cónyuge; dominadora; dueña; dueña de casa; esposa; madre de familia; maestra; mujer; mujeruca; pareja; señora
kvinna hembra; mujeruca; tía mujer; persona femenina
kvinnligt hembra; mujer
kärringjävel arpía; bruja; bruja pesada; hembra; leona; nena
subba arpía; bruja; bruja pesada; hembra; leona; nena
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kvinnligt afeminado

Verwante woorden van "hembra":

  • hembras

Wiktionary: hembra


Cross Translation:
FromToVia
hembra kvinna vrouw — een volwassen vrouwelijke mens
hembra hona Weibchenweibliches Tier

Verwante vertalingen van hembra