Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. expectativa:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor expectativa (Spaans) in het Zweeds

expectativa:

expectativa [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la expectativa (anticipación; esperanza; expectación; previsión; perspectiva)
    förväntan; hopp; förhoppning; förväntning

Vertaal Matrix voor expectativa:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förhoppning anticipación; esperanza; expectación; expectativa; perspectiva; previsión
förväntan anticipación; esperanza; expectación; expectativa; perspectiva; previsión alegría anticipada
förväntning anticipación; esperanza; expectación; expectativa; perspectiva; previsión
hopp anticipación; esperanza; expectación; expectativa; perspectiva; previsión abubilla; lúpulo; saltos

Verwante woorden van "expectativa":

  • expectativas

Synoniemen voor "expectativa":


Wiktionary: expectativa


Cross Translation:
FromToVia
expectativa förväntan ErwartungZustand der Spannung, des Wartens, Ungeduld
expectativa förväntning ErwartungVorstellung von dem, was geschehen wird

Verwante vertalingen van expectativa