Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. esplendor:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor esplendor (Spaans) in het Zweeds

esplendor:

esplendor [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el esplendor (ostentación; adorno; lustre; )
    ståt; pompa; prakt
    • ståt [-en] zelfstandig naamwoord
    • pompa [-en] zelfstandig naamwoord
    • prakt [-en] zelfstandig naamwoord
  2. el esplendor (centelleo; chispeo; fulgor; brillo)
    glitter; glans; lyster
    • glitter [-ett] zelfstandig naamwoord
    • glans [-en] zelfstandig naamwoord
    • lyster [-en] zelfstandig naamwoord
  3. el esplendor (espectáculo; demostración; representación; pompa; exhibición)
    uppvisning
  4. el esplendor (brillantez; brillo; destello; resplandor)
    glitter; glans
    • glitter [-ett] zelfstandig naamwoord
    • glans [-en] zelfstandig naamwoord
  5. el esplendor (brillo; resplandor)
    glans; polityr
    • glans [-en] zelfstandig naamwoord
    • polityr [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor esplendor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
glans brillantez; brillo; centelleo; chispeo; destello; esplendor; fulgor; resplandor brillo; claridad; dirección de inclinación del pelo; gloria; iluminación; limpidez; lumbre; lúcidez; pureza; resplandor; serenidad
glitter brillantez; brillo; centelleo; chispeo; destello; esplendor; fulgor; resplandor brillar; centelleo; destello; relucir
lyster brillo; centelleo; chispeo; esplendor; fulgor
polityr brillo; esplendor; resplandor
pompa adorno; boato; brillantez; brillo; esplendor; fastuosidad; glande; gloria; lustre; ostentación; pompa; resplandor
prakt adorno; boato; brillantez; brillo; esplendor; fastuosidad; glande; gloria; lustre; ostentación; pompa; resplandor abundancia; gloria; grandeza; lujo; magnificencia; plétora; profusión; riqueza; suntuosidad
ståt adorno; boato; brillantez; brillo; esplendor; fastuosidad; glande; gloria; lustre; ostentación; pompa; resplandor fastuosidad; gloria; ostentación; pompa
uppvisning demostración; espectáculo; esplendor; exhibición; pompa; representación baladrón; demostración; empollón; espectáculo; exhibición; exposición; fanfarrón; función; jactancioso; manifestación; pelotas; sesión; valentón

Verwante woorden van "esplendor":

  • esplendores

Synoniemen voor "esplendor":


Verwante vertalingen van esplendor